Brabantse boeren minst biologisch van heel Nederland
Het percentage bedrijven dat biologisch boert zakte daardoor tot het laagste van heel Nederland. Nog net iets meer dan één op de honderd boerderijen voldoet aan de norm om zichzelf biologisch te mogen noemen. Dat betekent onder meer geen kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen voor landbouw en bijvoorbeeld voldoende uitloopmogelijkheden voor het vee.
Overal opmars, behalve in BrabantNu zijn biologische boeren in heel Nederland veruit in de minderheid ten opzichte van hun 'gewone' collega's, maar in de rest van het land zijn ze wel bezig aan een gestage opmars. In Brabant dus niet: onze provincie was de enige waar het aantal boerenbedrijven zowel absoluut als relatief daalde in 2012. Brabant nam daarmee de rode lantaarn over van Zuid-Holland, dat in 2011 nog als minst biologische provincie te boek stond. De meeste biologische boeren zijn te vinden in Flevoland, waar 1 op de 13 boerderijen als biologisch geldt.
Opvallend is dat de nasleep van de Q-koorts, die wordt verspreid door schapen en geiten, de hardste wissel heeft getrokken op juist de biologische bedrijven. Terwijl er vorig jaar in onze provincie weer meer geitenhouderijen bijkwamen, waren er nog nog maar tien biologische bedrijven over. De biologische schapenbedrijven waren in 2012 in Brabant helemaal naar de marge gedrukt. Nog slechts negen bedrijven met in totaal niet meer dan 108 schapen.
Minder bedrijven, meer varkensDe afname in Brabant is behoorlijk gelijk verdeeld over de verschillende soorten boerenbedrijven. Positief is wel dat, ondanks dat het aantal biologische varkensboerenbedrijven daalde, ze wel beduidend meer varkens hielden. Hetzelfde beeld rijst bij de kippen: het aantal biologische bedrijven steeg niet, maar het aantal 'biologische' kippen steeg met meer dan de helft.
Percentage biologische boerenbedrijven 2012 (2011)Flevoland: 7,89 procent (in 2011: 7,58%)Utrecht: 3,57 procent (3,36%)Groningen: 2,91 procent (2,53%)Noord-Holland: 2,88 procent (2,8%)Gelderland: 2,47 procent (2,24%) Friesland: 2,4 procent (2,3%)Drenthe: 1,89 procent (1,9%)Zeeland: 1,65 procent (1,5%)Overijssel: 1,6 procent (1,53%)Limburg: 1,43 procent (1,29%)Zuid-Holland: 1,25 procent (1,16%)Brabant: 1,17 procent (1,23%)
Bron: CBS