"Wij spreken boeren die zeggen dat ze zich zullen blijven verzetten, maar die ons vragen vooral de steunmaatregelen in stand te houden als ze er eenmaal van gehoord hebben."

Geert Golstein, directeur van een bedrijf in Dodewaard dat mestverwerkingssystemen maakt, heeft vrijdag tijdens een vergadering van de Brabantse Provinciale Staten (PS) de vinger op de zere plek gelegd. 

PS vergaderde over de stand van zaken met betrekking tot de transitie van de veehouderij, die vorig jaar juli in gang werd gezet. Die transitie betekent dat stallen in 2022 milieuvriendelijk moeten zijn.

Financieel vastgelopen
Golstein, inspreker tijdens de vergadering, is ver met een systeem voor milieuvriendelijke mestverwerking, maar hij loopt financieel vast, bovendien zijn al zijn inspanningen van de laatste jaren alweer bijna achterhaald. 'Help me', vroeg hij de Staten. Op vragen van Statenleden waarom hij niet aan de bel trok toen de provincie steunmaatregelen bekend maakte zei Golstein: “Misschien ben ik te naïef geweest."

LEES OOK: Boer Rik voelt zich lamgeslagen door tegenstrijdige regels: 'Ik weet bij god niet waar te beginnen'

Golstein is een ondernemer die heel graag wil vernieuwen, maar dat het liefst met eigen geld doet. Zijn bedrijf heeft een trommel ontwikkeld waarmee van 85% van de mest een droge substantie wordt gemaakt. Maar er is geen goede betonvoer om de vloeistof die vrij komt te verwerken. Golstein vertelde dat hij heel ver is met de laatste ontwikkeling, maar dat nu simpelweg het geld op is voor nog meer innovatie. Hij is vastgelopen.

Plannen achterhaald
Voor Golstein is er nog een probleem. Zijn vernieuwing is erop gericht dat boeren op het eigen erf mest verwerken. De provincie wil dat eigenlijk niet meer. Die wil liever centrale mestverwerkingsinstallaties om te voorkomen dat er overal risico op ammoniakuitstoot is.

Golstein: “Al onze pijlen waren erop gericht om de problemen op de boerenbedrijven op te lossen. De zaken zijn nu inderdaad in een ander licht komen te staan. Maar ik hoop wel dat boeren de kans blijven houden om de problemen op eigen erf op te lossen."

Geen West-Brabantse gemeenten
Boeren die willen vernieuwen moeten voor 1 januari 2020 een vergunning hebben zodat ze twee jaar later hun stallen op orde hebben. Gemeenten moeten die vergunningen verlenen maar zijn daar nog niet klaar voor.

De balans is nu dat vier gemeenten wel klaar zijn en dat er zich – na de verkiezingen – nog vijftien hebben gemeld die samen met de provincie hun ambtenarenapparaat willen optuigen. Opvallend is dat al die gemeenten in het oosten van de provincie liggen. Aan de westkant van de provincie heeft alleen Zundert zich gemeld. De provincie heeft daar volgende week een gesprek mee.

Bedrijven lopen de deur plat
Bedrijven die bezig zijn met de ontwikkeling van nieuwe stallen lopen sinds een half jaar wel de deur van het provinciehuis plat. “Het zijn er veel mee dan we hadden verwacht”, aldus een provinciale ambtenaar tijdens de PS-vergadering.

Jonge veehouders in Brabant hebben zich het afgelopen jaar ook veel vaker bij de provincie gemeld om gebruik te maken van onder meer Europese subsidies. Tot vorig jaar maakten zij daar veel minder gebruik van. Ook zijn de provinciale subsidies voor jonge boeren verruimd.

Banken worden soepeler
De provincie heeft ook goede hoop dat de staldering op stoom gaat komen. Dat betekent dat als een boer een nieuwe stal wil bouwen er in zijn buurt een andere boer 110 procent van het gewenste bouwoppervlak moet afbreken. 

Volgens de provinciale ambtenaar is dat een tijdrovend proces, daarom is dat het afgelopen jaar maar twee keer gelukt. Maar het aantal aanvragen is wel groot. De provincie heeft ook die regels versoepeld. Als de provincie aan het begin van het proces denkt dat het kansrijk is dan krijgen de betrokken boeren een 'ambtelijke' brief. Banken hebben zich inmiddels bereid verklaard om in dat geval al in dat stadium hun medewerking toe te zeggen.