Verburg heeft advies gevraagd aan het Centraal Veterinair Instituut of er door herhaaldelijk testen, ook van niet-drachtige dieren en rammen of bokken, onderscheid gemaakt kan worden tussen besmette en niet-besmette dieren op bedrijven waar Q-koorts rondwaart. Ze komt in de loop van volgende week met een reactie op het advies.

Volgens een woordvoerder van het ministerie is er maximaal dertig dagen de tijd om uit te zoeken hoe er met rammen en bokken moet worden omgegaan. Een bedrijf waar gezocht wordt naar drachtige dieren wordt na dertig dagen namelijk voor de zekerheid nog eens bezocht.

Dieren die net drachtig zijn, kunnen bij de eerste tests nog niet besmet blijken te zijn. Na dertig dagen volgt een tweede bezoek aan het bedrijf, zodat dan, na een eventueel besluit, rammen en bokken alsnog kunnen worden geruimd.