Het gevecht begon spectaculair. Al in de eerste minuut testte Florian Jozefzoon doelman Robbin Ruiter. Dezelfde Jozefzoon was enkele minuten later zijn directe tegenstander Dave Bulthuis opnieuw te snel af. Ditmaal ging de rechterspits van RKC niet voor eigen succes, maar schoof hij de bal af op Teddy Chevalier, die knap binnen schoot. Het zevende competitiedoelpunt alweer van de Franse spits.
Voorspelbaar Utrecht Na die flitsende start zakte de wedstrijd wat in. FC Utrecht had weliswaar het meeste balbezit, maar echt gevaarlijk waren de aanvalsacties niet. De spelpatronen waren te voorspelbaar. Bovendien werden die in een te laag tempo uitgevoerd. De tegenstoten van RKC waren dreigender. Nourdin Boukhari raakte de paal en Robert Braber miste eveneens een goede mogelijkheid.
FC Utrecht begon de tweede helft met Bob Schepers als vervanger van de onzichtbare Johan Màrtensson. Dat leverde meteen de eerste serieuze mogelijkheid op. Schepers forceerde een hoekschop, van waaruit Tommy Oar de mee naar voren gekomen verdediger Mark van der Maarel in stelling bracht. Alleen voor doelman Jeroen Zoet lepelde hij de bal evenwel over het doel.
Jacob Mulenga   Voor FC Utrecht het sein nog meer de aanval te zoeken. Meer dan een schot van Jacob Mulenga, goed gepareerd door Zoet, leverde dat niet op. Het spel van de ploeg van trainer Jan Wouters was en bleef te voorspelbaar.
De counters van RKC waren weliswaar schaars in aantal, maar wél levensgevaarlijk. Een kwartier voor tijd braken Boukhari en Chevalier uit. Jozefzoon rondde hun arbeid doeltreffend af. Twee minuten later besliste Imad Najah het duel definitief 3-0. In de slotfase maakte Sander Duits het Utrechtse drama compleet.