Meer dan twintig historische boeken zijn er al verschenen over het land van Heusden en Altena. Drijvende kracht achter de reeks is historicus Cees de Gast uit Meeuwen.
In het 21e deel beschrijft de historicus de 'Opstand op de Vlaas' in Veen. Wie het verhaal leest, raakt in verwarring. Hoewel het waargebeurde verhaal zich afspeelt in 1898, lijkt het over de hedendaagse rellen met oud en nieuw te gaan.
Opstand!Aanleiding voor de opstand was het weigeren van vrouwen uit 'De Vlaas' in Veen die lid wilden worden van het plaatselijk zangkoor. De notabelen van het dorp wilden echter geen leden uit de armoedige Vlaas bij het zangkoor. In januari 1898 sloeg de vlam in de pan, zestig mannen en vrouwen trokken gewapend met stenen het dorp in en gooiden bijna overal de ramen in.
De enige notabelen die werden gespaard waren de dominee, de dokter en de doodgraver. Net als in de huidige tijd riep de burgemeester de gemeenteraad met spoed bij elkaar om een oplossing te forceren. Maar net als nu pakte ook dat anders uit. 
De politie te lijf Twee agenten moesten de orde herstellen."Maar dat ging niet goed", vertelt De Gast. "Inwoners uit De Vlaas pakten de sabel af van een veldwachter, braken hem in tweeën en gooiden hem in de Maas. Daarna werd een spottend liedje ingezet: Wat een spijt, wat een spijt. Harmsen is zijn sabel kwijt."