Jeffrey Herlings doorbreekt voor het eerst stilzwijgen: 'Ik ben niet gebroken, ik kom sterker terug'
De rolstoel is altijd in de buurt, net als de krukken. Jeffrey Herlings (20) sjouwt door de tuin van de ouders van zijn vriendin in Kerkdriel, kijkt meewarig naar de hond en geef hem een snoepje.
“Luisteren doet hij niet, alleen als hij wat te vreten krijgt.” Het is maandag en 'The Bullet' luistert naar wat gekef in plaats van het gebrul van zijn KTM. Het wereldkampioenschap is in volle gang. Het zal wel. De laatste Grand Prix, zondag in Italië? “Niet gezien joh, niet eens de tv aan gehad.” De crossmotor is nog nooit zo ver weg geweest.
'Gaat keigoed'Straks pas weer, in december. Eerst moet het lichaam helen van een jaar vol ellende. “Eigenlijk voel ik me keigoed, gezien de omstandigheden.” Het dialect is onveranderd. De Elsendorper was weer de beste, maar wordt weer geen wereldkampioen. Het wonderkind is een pechvogel geworden.
“Ik heb echt alleen maar pech gehad, meer pech kun je niet hebben. Drie jaar geleden kon ik zo hard vallen als maar mogelijk was. Nooit iets aan de hand. Nu raakte ik de grond nog maar en was er al iets. In Zweden: zo’n kleine val en mijn vinger lag er bijna af. Ik had zo ontiegelijk veel pech. Maar de beste aller tijden hebben dit meegemaakt, het is een fase waar je doorheen moet.”
Hij brak zijn sleutelbeen in Duitsland, zijn pink in Zweden. Normaal reed hij de concurrentie op minuten, nu was hij er mee aan het vechten. De laatste crash betekende zijn knock-out. Herlings viel in de kwalificatie van de Grand Prix van Tsjechië, Jordi Tixier sprong met zijn motor bovenop hem. Kapotte heup en bekken. "Ook zoiets, dat gebeurt ook echt nooit." Einde seizoen. Hij dacht in het ziekenhuis dat de duivel in hem zat.
'Zo hoeft het niet van mij'“Zoals het dit jaar ging, zo hoeft het niet van mij. Vorig jaar liep ik door dat gebroken dijbeen ook al de wereldtitel mis. Moest ik nog van herstellen en toen kreeg ik ook nog een infectie.” Zo bleef er van de voorbereiding op dit seizoen niets meer over. Misschien twee en een halve week zat hij in totaal op de motor.
“Ook nog eens een nieuwe motor, ik had de tijd niet om die naar mijn zin af te stellen. Het hele jaar heb ik zo achter de feiten aangelopen. Toen ik in Tsjechië in het ziekenhuis lag, was ik dan ook blij dat het klaar was. En nog steeds ben ik daar blij mee. Natuurlijk ben ik er ziek van dat ik de titel weer mis. Maar de echte Jeffrey Herlings ben ik nooit geweest dit seizoen. Of ik me schaam tegenover mijn fans? Absoluut niet, dit hoort bij de sport.”
Volle ziekenboegHij is niet de enige dit seizoen. Cairoli, Tixier, Herlings. Het is een raar jaar. Allemaal geblesseerd geraakt, allemaal tijdens een Grand Prix. “En niet tijdens een training hè. Vier, vijf toppers in iedere klasse. Twee regerend wereldkampioenen. Allemaal weg. Het komt misschien door de lange series, er zijn ondertussen achttien wedstrijden in het wereldkampioenschap, volgend jaar zelfs negentien. Veel meer moeten het er niet worden. Het is echt een taak om 'heel te blijven' geworden.”
En hij ziet nog een gevaarlijke ontwikkeling, een voorzichtig priemende vinger in de richting van organisator Youthstream. “Ze doen prima werk, het zijn vakmensen, maar dit jaar waren sommige banen te gevaarlijk. Dat zorgde ook voor blessures. Sommige wedstrijden hebben gewoon niet de juiste mensen aan boord. Dit jaar werd er bijvoorbeeld niet genoeg gesproeid op sommige banen. Als het dertig graden is, wordt het gewoon gevaarlijk.”
Geven en nemenHet zijn zaken die nu langzaam de revue passeren als hij in zijn hoofd het rampjaar reconstrueert. “Het leven geeft en neemt hè”, zegt Herlings ineens. Ooit nam hij alleen maar, op zijn achttiende was hij al tweevoudig wereldkampioen. Nou weet hij ook wat geven is. Het oogt van de buitenkant als een totale reset. “Uit eten, met mijn vriendin eens winkelen, bioscoopje. Normaal heb ik daar geen tijd voor. Doe ik nu ook maar.”
En nadenken over volgend jaar?
“Ik kan in december weer beginnen, dan ga ik dus een volledige voorbereiding draaien. Ik kan dus een goede winter hebben. En sterker dan ooit terugkomen. Daar geloof ik in.
In de MX2 of maak je toch de overstap naar de koningsklasse?
“Ik heb echt geen flauw idee. Normaal gezien zou ik nu ongeveer gaan testen en dan voor het einde van het seizoen een keuze maken. Maar nu heb ik het er niet eens meer over gehad. Eerlijk. Het is ook moeilijk om zoiets te beslissen als je niet op de motor zit. Er staat een rekening open, dat is de enige reden waarom ik nog in de MX2 wil blijven. Twee jaar op rij meer dan honderd punten voorsprong weggegooid, twee keer op rij gefaald. Niet door mijn prestaties, maar door pech en blessures.”
Hij klinkt alweer strijdvaardig. De geest is er al een tijdje klaar voor, nu het lichaam nog. “Ik ben mentaal niet gebroken. Ik kom sterker terug. Daar blijf ik me aan vasthouden.”