Hântje  op d'n toare
lieven hemelde wiend raost't dak kraktkluere van herinneringein 't mos op de stiënuule fladdere roepend                                de diepte in ut lâtste herfstblad dwarrelt nor onder
en 't hântje't hântje kiekt optegge d'n hemel die mej op stelte stutziet sterre flonkerevandaag umhelze tègestellinge mekaarbessems kère alles gladklokke zulle leujedurbrèke  de Kerstnaachtstilte                 vur dè klen Kiendje in ut kribkevandaag blinkt ut hântje gruts
Wel mooiOf het nou echt het beste kerstgedicht van Brabant is, durft ze niet te zeggen. "Niet iedereen heeft meegedaan aan de wedstrijd, maar ik vind het wel mooi geworden", zo zegt Riek bescheiden. De Westerbeekse is zelf niet dagelijks aan het dichten. "Dit doe ik eigenlijk maar een keer per jaar. Het is elk jaar moeilijk om iets nieuws te verzinnen, maar op een gegeven moment komt er bij mij wel iets binnen rollen."
Janssen is vooral druk met toneel en schrijven is een hobby. De kerstgedichtenwedstrijd vind ze vooral leuk. "Ik doe het niet zozeer voor de eer, maar ik zie het als een uitdaging. Ik doe het voor de mensen die in de zaal zitten." De geselecteerde dichters moeten allemaal hun gedicht in dialect voordragen.
Meer jongerenIedere Brabander mag meedoen aan de wedstrijd. Dat betekent dat teksten in allerlei verschillende Brabantse dialecten worden voorgelezen. Janssen hoopt vooral dat meer mensen mee gaan doen aan de wedstrijd de komende jaren. "Ik vind het belangrijk dat het dialect voortgaat. Ook onder jongeren. Het zou mooi zijn als meer jonge mensen meedoen." En waar moet het perfecte kerstgedicht dan aan voldoen? "Het is vooral de kunst om in een korte tekst een beetje kleur en gevoel te leggen. De toehoorders moeten het voor zich zien en voelen. Dat maakt, denk ik, een goed kerstgedicht. Kort maar krachtig."