Video

Destil Trappers goed beslagen ten ijs met rituelen en bijgeloof: 'Altijd dezelfde plasvolgorde'

19 april 2016 om 18:36
nl
Worden de Destil Trappers dinsdagavond kampioen van de Duitse Oberliga, dan volgt ongetwijfeld een onstuimig feestje. En woensdagochtend komen dan de scheermessen tevoorschijn. De Tilburgse ijshockeyers dragen inmiddels zo'n beetje allemaal een flinke playoff-baard. Het is traditie, bijgeloof zo je wilt. De baard mag er pas af, als de playoffs erop zitten. Het is het meest zichtbare, maar zeker niet het enige ritueel dat de Trappers moet helpen bij hun jacht op de kampioenstitel.
Profielfoto van Oerlemans Marjanka
Geschreven door
Oerlemans Marjanka

Trapper Ivy van den Heuvel verklaart tot z'n twintigste van bijgeloof aan elkaar te hebben gehangen. Veel rituelen gingen in de loop der jaren overboord, maar een paar gebruiken zijn gebleven. "Als ik mezelf voor een wedstrijd aankleed, moet ik per se eerst het linkerkledingstuk aandoen en dan pas het rechter. Dus nadat ik mijn tok heb aangetrokken, gaat eerst de linkerschaats aan, dan de rechter. Dan de linkerbeenkap, dan pas de rechter...de linkerarm in de linkermouw, de rechterarm in de rechter."
Dan is Ivy klaar om het ijs op te gaan. Alhoewel, er is nog iets wat eerst even moet. "Voor de wedstrijd drinkt Mitch Bruijsten een slok water. Vervolgens pak ik uit diezelfde fles ook een slok. En dan kunnen we ertegenaan."
Roepen en plassenVan den Heuvel is niet de enige Trapper die op geheel eigen wijze het geluk en de overwinning probeert af te dwingen. Ook Peter van Biezen heeft zo zijn tics. "Ik ga altijd als tweede het ijs op, na de keeper. En dan roep ik iets om het team op te peppen. How are we looking back there? Als er geen antwoord komt van Diederick Hagemeijer, of als de jongens niet enthousiast genoeg reageren, dan roep ik het nog een keer. Net zolang tot ik het gevoel heb dat we klaar voor zijn."
Dat de Trappers het voor elkaar krijgen om toch steeds op tijd paraat te staan, mag een wonder heten. Want is er nog wel een dingetje. Van Biezen: "Voor ik het ijs opga, moet ik altijd even plassen. En Mitch Bruijsten gaat dan na mij. En daarna gaat Kyle de Coste. Alledrie moeten we in het rijtje staan. Toen we van het weekend in Duitsland speelden, hadden we twee toiletten in de kleedkamer. Mitch kon makkelijk naast mij gaan, maar hij bleef mooi in het rijtje wachten."
AfknijpenEn dat laatste ritueel kan nog wel eens voor praktische problemen zorgen. "Voor we het ijs opgaan, hebben we vaak nog maar een paar minuten. Als de eerste dan niet snel genoeg is, komt de laatste tijd tekort. Afknijpen dan maar!"

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.