Door deze slimme aanpak zijn er meer bedden beschikbaar in Tilburgs ziekenhuis

13 november 2020 om 20:48 • Aangepast 16 november 2020 om 09:33
nl
Hoe kunnen we zorgen dat mensen die bij de Spoedeisende Hulp komen niet onnodig ziekenhuisbedden bezet houden? Op die vraag hebben het Elizabeth-TweeSteden Ziekenhuis (ETZ) en thuisorganisatie Thebe een antwoord gevonden. Door intensievere samenwerking blijven er meer bedden beschikbaar. Na ruim een week heeft de nieuwe aanpak al een aantal bedden opgeleverd die anders bezet zouden worden.
Profielfoto van Jessica Ranselaar
Geschreven door
Jessica Ranselaar

Het Tilburgse ziekenhuis heeft de bedden op dit moment hard nodig. "Voor coronapatiënten maar ook voor niet-coronapatiënten", vertelt Cathelijn Bogaers. Ze is onder meer hoofd paramedische zorg en transferzorg. Ze weet dat ziekenhuisbedden onnodig bezet werden. "We zagen veel patiënten bij ons komen, waarvan we dachten dat ze eigenlijk met zorg naar huis konden. We zouden ze eigenlijk niet hoeven op te nemen. We hebben gekeken of we daar meer op zouden kunnen sturen."

Juiste zorg blijft uitgangspunt
Dat patiënten de juiste zorg op de juiste plek nodig hebben, bleef het uitgangspunt en daar was de hulp van transferverpleegkundigen en wijkverpleegkundigen voor nodig. Simone Binnekamp is transfer-verpleegkundige in het ETZ en ze weet daardoor welke zorgaanbieders ingezet kunnen worden, waar er plaats is, maar ze kent ook de wet- en regelgeving die van belang is. Van die expertise wordt nu nog beter gebruik gemaakt."

"We gaan in gesprek om een opname te voorkomen."

In de nieuwe aanpak hebben transferverpleegkundigen als Simone een werkplek op de Spoedeisende Hulp (SEH) gekregen. Een arts of verpleegkundige van de SEH kan de transferverpleegkundige via een digitaal systeem 'aanvragen'.

"Dan gaan we met de arts, de verpleegkundige maar zeker ook met de patiënt en mantelzorger in gesprek om te kijken hoe we de zorg buiten het ziekenhuis kunnen inregelen. Om zo een opname in het ziekenhuis te voorkomen."

"De wijkverpleegkundigen zijn de spil in de wijk."

En daar komt de hulp van de wijkverpleegkundige om de hoek kijken. Sinds kort zitten er tussen 16.00 uur en 19.00 uur wijkverpleegkundigen op de huisartsenposten, klaar om te helpen als het nodig is. Ze zijn van grote waarde, weet Désirée van Hulten, manager wijkverpleging bij thuiszorgorganisatie Thebe. "De wijkverpleegkundigen zijn de spil in de wijk. Ze hebben goed zicht op de professionele inzet en op de mogelijkheden van de mensen om een persoon heen, en op wat er kan in de wijk."

Zo kon in de afgelopen dagen bijvoorbeeld voorkomen worden dat een vrouw onnodig in het ziekenhuis werd opgenomen, vertelt Binnekamp. "De patiënte was gevallen en had haar beide polsen gebroken. Deze dame zou normaliter een nachtje opgenomen worden omdat ze niet naar huis kon. De woning was ongeschikt en er was beperkt mantelzorg beschikbaar. Deze dame hebben we weten uit te plaatsen naar een instelling waar ze toch de passende zorg kan ontvangen. Zo hoefde ze geen ziekenhuisbed te bezetten."

"Voor ons is het ook van belang dat de reguliere thuiszorg doorgaat."

Het grote verschil met hoe het tot voor kort ging, is dat de kennis van de transferverpleegkundige en de wijkverpleegkundige nu vóór opname worden ingezet. Zo hoeft niemand opgenomen te worden die dat eigenlijk niet nodig heeft.

Ook voor de thuiszorg heeft het een groot voordeel, vertelt Van Hulten. "Voor ons is het ook van belang dat de reguliere thuiszorg doorgaat. Als mensen die zorg nodig hebben langer thuis op die zorg moeten wachten, verslechtert hun situatie. Dan wordt de druk op de thuiszorg alleen maar groter."

Niet tijdelijk
De nieuwe aanpak is zeker niet tijdelijk. De gesprekken over intensievere samenwerking waren al aan de gang. "Door corona is het proces versneld", vertelt Van Hulten. "We evalueren nu hoe het gaat en passen aan waar nodig." Zo kan het ook na de coronacrisis ingezet worden.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.