Henk kreeg de dekenkist van zijn oudoom en ontdekte een dubbele bodem

7 juni 2022 om 19:00 • Aangepast 8 juni 2022 om 11:43
nl
Twaalf Amerikaanse bommenwerpers cirkelden op 31 mei 1944 boven Roosendaal. Zij zouden het grensstation platgooien, maar de negen bommen vielen ook op melk- en suikerfabrieken en een school. Er kwamen 76 mensen om het leven, onder wie een oudoom van amateurhistoricus Henk Bredewolt (62). Hij maakte er zijn levenswerk van om te achterhalen waarom zijn oudoom sneuvelde. Met succes. “Ik weet nu van minuut tot minuut wat er is gebeurd.”
Profielfoto van Niek de Bruijn
Geschreven door
Niek de Bruijn

Het mysterie belandde eigenlijk min of meer per toeval op Henks pad. Toen hij een jaar of zestien was, overleed zijn oudtante, die haar man in de oorlog was verloren bij het bombardement op de stad. Tijdens het ruimen van het huis, vond de familie een dekenkist. Niemand wilde hem hebben, dus kreeg de puber hem toegeschoven.

"Het was zoeken naar een speld in een hooiberg.”

Henks oudoom werkte in de melkfabriek die bij het bombardement geraakt werd. Toen Henk de kist leeghaalde, ontdekte hij een dubbele bodem. “Toen ik het openwrikte met een paperclipje, kwamen alle persoonlijke bezittingen van mijn vaders overleden oom tevoorschijn: een portemonnee met voedselbonnen en een administratieboekje. Zijn tante heeft de spullen nooit weg kunnen doen.”

Henk was vastberaden om te achterhalen wat er met zijn oudoom gebeurd was, hij beet zich er al vanaf eind jaren tachtig in vast. Maar in krantenartikelen en boeken was niet veel te vinden. “Als ik er eenmaal in duik, duik ik er goed in, maar het was zoeken naar een speld in een hooiberg.”

“Dit was het laatste grensstation waar ze bommen konden laten vallen.”

De zoektocht kwam in een stroomversnelling, toen Henk via een veteranenwebsite uiteindelijk in contact kwam met Alfred Colarusso. Die herkende het verhaal van Henk, hij kon het zich herinneren. Colarusso was namelijk als lead navigator van de Amerikaanse luchtmacht eindverantwoordelijk voor het bombardement.

Het had maar weinig gescheeld of Roosendaal was ongeschonden gebleven, vertelde de Amerikaan. In aanloop naar D-Day zou namelijk eigenlijk het grensstation in het Franse Colmar gebombardeerd worden. Daar stond al veel Duits materiaal klaar. Maar omdat het daar te dicht bewolkt was, viel de keuze op Roosendaal.

"Ik weet nu van minuut tot minuut wat er gebeurd is.”

“Dit was het laatste grensstation waar ze bommen konden laten vallen,” legt Henk uit, terwijl hij bladert door een van zijn zeventien volle ordners die hij in de loop van de jaren bij elkaar speurde. Maar in plaats van het station, belandden de bommen uiteindelijk op de St. Marieschool in Roosendaal, zuivelfabriek Het Anker en suikerfabriek Van Gilse, waar zijn oudoom werkte.

“De Amerikaan stuurde mij foto’s, vertrouwelijke documenten en logboekgegevens op van die dag. Ik weet van minuut tot minuut wat er gebeurd is”, vertelt Henk.

"Het is heel belangrijk dat de slachtoffers worden herdacht.”

“Het was hectisch, gewoon een ramp,” vervolgt Henk. Doordat de vliegtuigen op 21.000 voet vlogen, wist Colarusso wel dat het geen precisiebombardement was. En ze vlogen boven friendly gebied, dus de kans was groot dat er aan onze kant onschuldige burgers slachtoffer zouden worden. "Dat vond hij verschrikkelijk en heeft hij zijn hele leven met zich meegedragen", vertelt Henk. “Hij hoorde van mij dat het om 76 mensen ging. Dat vond hij heel erg."

Toch neemt Henk het hem niet kwalijk dat hij zo veel onschuldige burgers, onder wie zijn oudoom, heeft gedood. “Het zijn Amerikanen die dit moesten uitvoeren. Vergeten wordt het natuurlijk nooit. Daarom is het belangrijk dat de slachtoffers worden herdacht.”

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!