Ryan wierp de discus tegen de paal, maar met deze sport haalt hij de top
In de jeugd vertegenwoordigde hij Nederland vier keer op een eindtoernooi, maar de Madenaar mag zondag voor het eerst bij de senioren meedoen. Zijn 76.35 meter op 10 mei van dit jaar geeft aan dat hij momenteel een maatje te groot is voor de concurrentie in eigen land. “Ik had aan het begin van dit seizoen wel gehoopt op het EK en nu mag ik gaan. Mooi om tussen zoveel gepassioneerde topsporters te staan.”
Ryan begon als jonge jongen met judo, maar stapte daarna over naar atletiek. Daar bleek hij vooral het werpen leuk te vinden. “Ik heb aan discuswerpen gedaan, maar daar gooide ik tijdens een NK drie keer tegen de paal. De laatste poging vloog raar genoeg nog het veld in en was geldig. Ik was er wel klaar mee en besloot alleen maar te gaan speerwerpen.”
Ryan wil zich niet omschrijven als een groot talent, maar vooral als een harde werker. “Ik begon bij mijn oude trainer Fred van der Steenhoven met één keer per week trainen en breidde dat uit. Ik werd verliefd op de sport en inmiddels train ik met een nieuw team bij Bjorn Blommerde bijna iedere dag. In de zomer werk ik bijvoorbeeld heel specifiek aan mijn souplesse en de elasticiteit van mijn lichaam. In de winter vind ik het heerlijk om kapot te gaan in de krachtruimte. Je zult me nooit een training zien overslaan."
"Allemaal kleine stukjes die de puzzel groter gaan maken."
Het mooiste gevoel krijgt Ryan als hij de speer net heeft losgelaten. “Ik voel dan direct of de poging goed is. Als de speer maar blijft gaan en gaan, dan geeft dat zoveel voldoening. Perfect zal het nooit zijn, er is altijd wel iets waar je op kunt trainen. Dat zorgt ervoor dat speerwerpen niet gaat vervelen. Het zijn allemaal kleine stukjes die de puzzel groter gaan maken.”
De Brabantse atleet droomt niet zoals veel andere topsporters van de Olympische Spelen. “Natuurlijk zou het mooi zijn om daar te staan, maar ik wil me vooral blijven verbeteren. Mijn prioriteit is in deze fase van mijn loopbaan het werpen van 80 meter en meer, dan zijn vervolgens de grote toernooien een beloning. Ik geniet vooral van het proces naar wedstrijden toe, het iedere dag keihard werken. Of het dan mijn eerste of laatste EK is, gaat mijn plezier in de sport niet meer of minder maken.”
Met het speerwerpen hoopt de mede-eigenaar van een sportschool een rolmodel voor de jeugd te zijn. “Ik kan aan wedstrijden meedoen en dan vervolgens niks van me laten horen. Maar ik post bijvoorbeeld op social media wat wij als topsporters doen en wat er zo mooi aan is. Ook vind ik het leuk om bij wedstrijden aanwezig te zijn, bijvoorbeeld in Oosterhout bij mijn neefje die aan discuswerpen doet. Ik kom niet alleen voor de sport, maar voor de hele sfeer.”
Bij het EK voor landenteams strijden de beste zestien Europese landen van vrijdag 27 tot en met zondag 29 juni tegen elkaar. Er zijn zeventien individuele disciplines en de estafette-onderdelen 4x100 meter en de 4x400 mixed relay.