Cora begon lang geleden al met paardrijden. "Op de camping toen ik twaalf jaar was. En in pakweg 1980 ben ik echt serieus gaan paardrijden. Toen kreeg ik voor het eerst mijn eigen paard en daar ben ik wedstrijden mee gaan rijden", vertelt ze.

Haar paard Remba is een IJslander en is het favoriete ras van Cora. De meeste paarden kunnen alleen de gangen stap, draf en galop. "IJslanders kunnen daarnaast ook nog de gangen tölt en telgang. Al moet een goede telgang ook in de genen zitten bij een IJslander. De telgang gaat heel erg snel, dan heb ik het over 40 of 50 kilometer per uur. Dat is een gang die kamelen ook kunnen."

En hoe hard het ook gaat, Cora is allesbehalve bang als ze op haar paard sprint. "Het is een rechte baan die is afgezet en het is er helemaal voor gemaakt dat je zo'n wedstrijd veilig kan doen. En het zijn afstanden van maximaal 100 tot 250 meter."

Cora heeft Remba ooit gekocht toen de merrie vijf jaar oud was. "Ik kende haar moeder en daar was ik gek op. De moeder kreeg op den duur een blessure dus het rijden daarmee stopte. Toen ik Remba zag was ik meteen verliefd", vertelt Cora. "Ze blinkt uit in de telgang. Ze werd steeds beter en beter en we zijn er echt samen in gegroeid."

Jarenlange oefening en het vertrouwen in elkaar heeft Cora en Remba vrijdag het Nederlands Kampioenschap opgeleverd. De volgende stap is het Wereldkampioenschap in augustus. Het is voor Cora de tweede keer dat ze meedoet en toen was ze de oudste deelnemer. "Twee jaar geleden was het hier in Oirschot, maar dit jaar is het in Zwitserland. Ik verheug me er heel erg op, ik kan niet anders zeggen."