Nikki redde een leven dankzij actie Thijs Slegers: 'Hele wereld donor'
De oproep van Slegers raakte Nikki en ze meldde zich aan als stamceldonor. Afgelopen mei gaf ze iemand een kans op leven dankzij deze inschrijving.
Vlak nadat Nikki zich had ingeschreven, werd iemand uit haar directe kring ernstig ziek: acute leukemie. Daardoor maakte ze de ziekte en het donatieproces van dichtbij mee. "Er kwam helaas geen match uit de Wereldbank dus moesten ze, ziek als hij was, zelf opzoek naar een match binnen de familie."
"Als ik dit hoor denk ik echt: waarom staat niet iedereen ingeschreven als donor?"
"Uiteindelijk vond hij iemand, maar de ziekte en het proces van het zoeken van een donor, maakte me heel blij dat ik donor was", zegt Nikki. "Ik voelde toen zó sterk: Als hij niemand had gevonden, was hij nu gewoon dood geweest. Dus waarom is niet de hele wereld donor?"
Twee jaar na haar aanmelding werd Nikki gebeld. 'Je bent misschien wel een match', hoorde ze. "Dat was even schakelen", vertelt ze. "De kans dat je, als je je hebt aangemeld, ook echt wordt opgeroepen, is slechts 1 procent."
Na een medische keuring bleek Nikki geschikt om ook echt te gaan doneren. "Ik was zo bezig met de juiste match willen zijn, dat ik vergat dat die medische keuring ook kon zeggen dat ik zelf iets onder de leden had."
De donatie ging via het bloed, de meest gebruikelijke manier om te doneren. Vijf dagen voor de ingreep moest Nikki zichzelf injecties geven, zodat haar lichaam meer stamcellen ging aanmaken. "Dat was eigenlijk het engste. Je moet echt een psychologische grens over om een naald in je eigen buik te zetten. Maar pijn deed het niet."
Op de vijfde dag meldde ze zich in het Radboudumc-ziekenhuis in Nijmegen. "Je ligt vier tot zes uur stil met twee armen gestrekt. De ene naald haalt het bloed uit de ene arm en dat gaat door een machine die de stamcellen en het plasma eruit filteren. Via je andere arm komt het terug je lichaam in."
Het is een lange zit, maar absoluut te doen, volgens Nikki. De dag erna voelde ze zich uitgeput. "Je hart moet heel hard werken om het bloed door de machine te pompen, dus het voelt alsof je een marathon hebt gelopen", lacht ze. "Maar verder viel het alles mee."
Na het doneren kreeg ze te horen dat degene die het bloed heeft ontvangen, een vrouw was in ongeveer dezelfde leeftijdscategorie als zijzelf: 30 tot 40 jaar. "Dat raakte me, ik besefte me dat het ook zomaar andersom had kunnen zijn, dat ik de stamcellen nodig had gehad." Nikki zegt nog geregeld bij de vrouw stil te staan en te hopen dat ze het heeft gered.
Het antwoord op de vraag, 'waarom zijn er niet meer donoren?', denkt Nikki wel te kunnen geven: "Ik denk dat veel mensen het heel eng vinden, denken dat de behandeling heel ingrijpend is, maar ik vond het echt meevallen", zegt ze vastberaden. "Ik zou het morgen zo weer doen."
Dankzij acties en verhalen zoals die van Nikki en Thijs Slegers, melden steeds meer mensen zich aan als stamceldonor. "Veel mensen denken dat het heel ingrijpend is, maar dat valt alles mee. En ja, iedereen zal het vast anders ervaren maar ik kan vertellen het valt alles mee. En je weet het pas als je een match bent en daarvoor moet je je eerst registeren."
Paul van Tatenhoven
Dat Nikki kennismaakte met stamceldonatie, kwam door PSV-perschef Thijs Slegers, maar dat ze zich daadwerkelijk inschreef kwam door zijn collega Paul van Tatenhoven. Sinds Thijs ziek werd zet hij zich in voor Matchis, zelfs toen hij zelf ook kanker kreeg.
Paul beklimt sindsdien Tour de France-bergen om geld op te halen voor Stichting Matchis, het Nederlandse centrum voor stamceldonoren. Vrijdag stond hij aan de voet van de Col du Semnoz die hij op gaat rennen. Op zijn shirt draagt hij twee namen van mensen die hij wil eren: Thijs én Nikki.