Al vier generaties blust deze familie branden bij jubilerend korps
Harry, Hans, Harrie en Hans, dat zijn respectievelijk de voornamen van de vier generaties aan brandweermannen van de familie Immens. Harry was Harrie's opa, Hans was Harrie's vader en de zoon van Harrie heet ook weer Hans. “Juist. Harry, Hans, Harrie, Hans dus”, zegt Harrie nuchter.
Voor de familie was het een bijzonder weekend, net als voor de rest van het korps. Het was zaterdag feest op de kazerne omdat het 90-jarig jubileum van het korps werd gevierd. Tijdens de viering werd ook een boek gepresenteerd met talloze foto’s van het korps door de jaren heen - een naslagwerk, enkel voor het korps zelf.
Een mooi historisch document, vindt Harrie. "In de jaren voor die oprichting moest iedereen in het dorp iets bijdragen aan brandbestrijding. Daarna is de brandweer daadwerkelijk de brandweer geworden. Mijn opa Harry deed er meteen aan mee. Hij is brandweerman van het eerste uur.”
"Vroeger hadden ze gewoon een overall aan."
“Dat is toch bijzonder”, zegt Harrie trots. “Wij weten eigenlijk niet beter dan de brandweer als familie. In 1957 is mijn vader ook lid geworden. Zelf werd ik lid in 1982. Ik ben op mijn 55ste gestopt. Toen ik al gestopt was, is ook mijn zoon nog lid geworden. Dat was in 2021.”
“En allemaal vrijwillig he”, benadrukt Harrie. Het blussen van branden zit de familie dus in het bloed. Toch was dat in de beginjaren van de brandweer eigenlijk heel gewoon, zegt Harrie. “Mijn opa en vader wisten eigenlijk niet beter. Als je in de brandweer zat, ging je zoon er ook in. Dat ging in het begin altijd zo.”
Ook Harrie's lot was al snel beschoren. “Ik zeg altijd: ‘Toen ik geboren werd waren er twee dingen duidelijk: ik ga de installatietechniek in, want mijn held familie bestaat uit installateurs, en ik eindig in de brandweer.’ En zo geschiedde.”
Met de jaren is natuurlijk wel veel veranderd. “De brandweer is professioneler geworden. Vroeger liepen ze met een natte handdoek een brandend huis binnen om de rook uit de longen te houden. Toen hadden brandweermannen hadden gewoon een overall aan.”
“Misschien is dit wel de leukste kliek van alle korpsen”
Dat is nu heel anders. “Tegenwoordig heb je ademlucht, brandvrije pakken: je bent veel beter beschermd. Toen ik begon was dat toch anders.”
Mist hij die rouwere beginjaren nog wel eens? “Nou ja, het werk is wel zwaarder geworden. Je moet veel trainingsuren maken. Dat is belastend. Toen ik er in het begin bijkwam was het allemaal iets minder professioneel, maar ja, ook toen gingen alle branden uiteindelijk uit”, lacht Harrie. “Er is er nooit een aangebleven.”
Nu maakt Harrie deel uit van de ereleden van het korps. Op de dagen dat de brandweer uitrukt voor een training, blijft een groepje ereleden achter in de gemeenschappelijke ruimtes van de kazerne. “Dan leggen we een kaartje en zo. We zijn hecht met elkaar. En later sluiten die actieve leden aan.”
Het unieke van de vrijwillige brandweervereniging van Sint-Michielsgestel is volgens Harrie de clubgeest. “Alle vergoedingen gaan direct in de clubkas. Dat is al sinds de oprichting zo. Van dat geld ondernemen we dan leuke activiteiten en om de paar jaar een reisje. Er gaat niets in eigen zak dus. Hoe mooi is dat?", besluit Harrie.