Irene (85) mag in dit museum alle kunst aanraken, ruiken en zelfs proeven
Meerdere grote witte bollen vormen samen het mobiele museum voor moderne kunst, oftewel het Sensory MoMa. "Het is een museum voor de zintuigen. Normaal ga je in een museum schilderijen of beeldhouwwerken bekijken, maar dat is hier niet het geval. Je kunt hier de schilderijen en kunstwerken voelen, ruiken en proeven", vertelt museumdocent Nielton Pinheiro.
In dit museum dus geen ‘verboden aan te raken’-bordjes. Initiatiefnemer van Sensory MoMa is de stichting Oren en Ogen Tekort. Zij staan voor een goede toegankelijkheid van musea voor iedereen, met name ook voor bezoekers met een visuele-, auditieve- of andere beperking.
"Mijn taak is het rondleiden en begeleiden van de mensen", vertelt Pinheiro. Een van zijn gasten is de 85-jarige Irene Schumans. Ze is geboren met een zicht van zo'n tien procent. "In de jaren zeventig heb ik elf oogoperaties gehad en de laatste is mijn zicht fataal geworden." Sinds de mislukte staaroperatie, een ingreep om het gezichtsvermogen te herstellen, is ze blind.
Toch is Irene niet bij de pakken neer gaan zitten. "Ik geniet ervan om eropuit te gaan. Een normaal museum hoef ik niet te bezoeken, want daar heb ik toch niets aan. Dit vind ik dus geweldig en een hele ervaring."
Sensory MoMa is nog tot en met zondag 19 oktober gratis te bezoeken tussen tien uur 's ochtends en half vijf 's middags, op het terrein van Koninklijke Visio Onderwijs aan de Jan van Cuykdijk 1 in Grave.
In één van de witte bollen van het museum staat een herkenbaar schilderij. Het is een nagemaakte Mondriaan, maar dan van snoep. Iedere kleur in het schilderij heeft een eigen smaak. Irene pakt een van de witte snoepjes. "De kleur wit smaakt zoet, maar vind ik niet zo lekker. Maar ik heb nooit stilgestaan bij het feit dat je dus een kleur kunt proeven."
In een andere ruimte staat een kunstwerk met daarop stenen uit de hele wereld. Iedere steen heeft een eigen geur die doet denken aan ‘thuis’. Irene bukt zich en steekt haar neus in een soort sleutelgat. “Ik ruik iets zoetigs", zegt ze. “Het doet me denken aan hoe vroeger pudding werd gemaakt, met de hand. Het brengt me een beetje terug naar die tijd.”
Na een uur te voelen, ruiken en proeven verlaat Irene tevreden het museum. “Zo, dit hebben we ook weer gezien,” zegt ze met een lach. “Ik heb het nog altijd over 'zien' en 'kijken'. Dat is voor mij nog gewoon, omdat ik dat ooit kon."
"Het museum is niet alleen voor mensen met een visuele beperking, maar juist ook voor anderen", benadrukt Frans ter Beek, docent bij Viso. "We vinden het juist belangrijk voor onze leerlingen dat er verbinding is met de buitenwereld."