Van katholiek bolwerk naar ‘swingstate’: zo stemde Brabant toen en nu
Honderd jaar geleden, in 1925, gingen de Brabanders ook naar de stembus voor een nieuwe Tweede Kamer. Verreweg de grootste partij in de provincie was de Roomsch-Katholieke Staatspartij (RKSP), een voorloper van het CDA. De RKSP haalde 77 procent van de Brabantse stemmen tegenover een landelijk resultaat van 28,6 procent. Ter vergelijking: de tweede partij in Brabant was de SDAP (later PvdA) met 6,6 procent.
Dat was niet zonder reden. Het leven van verreweg de meeste Brabanders speelde zich binnen de katholieke wereld af. De ‘zuil’ had een eigen katholieke krant, omroep, vakbond, school, sportclub, verenigingsleven en natuurlijk de kerk.
In 1954 ging de kerk, uit angst om katholieke arbeiders aan de linkse PvdA te verliezen, zelfs zo ver om uitstapjes buiten de zuil in praktijk te verbieden. De bisschoppen vreesden voor ‘het zieleheil’ van hen die voor een socialistische of liberale partij, omroep, krant of vakbond kozen. Wie dat toch deed, zou bijvoorbeeld niet meer gedoopt mogen worden, niet meer mogen biechten en niet in de kerk mogen trouwen. Communisten zouden zelfs helemaal uit de kerk worden verbannen.
In het sterk verzuilde katholieke zuiden gold de katholieke partij tot ver na de Tweede Wereldoorlog als alleenheerser. Het was niet de vraag óf de katholieken de meeste stemmen zouden krijgen, maar hoe groot hun overwinning zou zijn.
Bekijk hier de verkiezingsresultaten van belangrijke partijen Brabant sinds de Tweede Wereldoorlog. Zie je de grafiek hieronder niet goed? Tik dan hier.
Hier kwam in de jaren 70 verandering in. Vanaf die tijd werden Brabanders minder gelovig en braken de zuilen in de Nederlandse samenleving af. Het individu werd steeds belangrijker. Daar hoorde de keuze voor een politieke partij ook bij.
Hoewel het CDA en haar voorgangers tot het eind van de twintigste eeuw onafgebroken de grootste partijen waren in Brabant, is van alleenheerschappij vanaf het begin van de jaren 70 al geen sprake meer. Andere partijen zoals de PvdA, de VVD en D66 wisten Brabantse kiezers voor zich te winnen. In 1998 werd de PvdA zelfs de grootste.
Na het, toen nog, dieptepunt in de jaren 90 wist het CDA in het begin van deze eeuw onder leiding van Jan-Peter Balkenende (een protestantse Zeeuw) op te krabbelen. Maar krap meer dan een derde van de Brabantse stemmen kreeg de partij niet, al was dat nog altijd een groter aandeel dan het landelijk gemiddelde.
Vanaf 2010 werd het de VVD die de grootste was in Brabant, al betekent die positie niet zoveel meer als voorheen. Net als de rest van het land is Brabant versplinterd. Partijen op de flanken als de PVV en SP wisten een basis te leggen. De PVV wist zelfs de afgelopen verkiezing te winnen.
Andere populistische partijen komen op en stortten bij de volgende verkiezingen alweer in. Bij de vorige verkiezingen was dat NSC, daarvoor de BBB en Forum voor Democratie. En ook 50PLUS en de LPF staan in het rijtje van politiek steekvlammen.
In de afgelopen honderd jaar is Brabant van een verzuild bolwerk veranderd in een ware ‘swing-state’ naar Amerikaans voorbeeld. Met zo’n twee miljoen kiesgerechtigde inwoners valt er wat te halen in onze provincie.
Politici van oude en nieuwe partijen weten dat en hopen ongetwijfeld Brabantse kiezers voor zich te winnen. In tegenstelling tot het verleden, gaan die kiezers daar tegenwoordig helemaal zelf over.
Het Debat van het Zuiden
Op 25 oktober gaan de zeven grootste partijen uit de peilingen voor de Tweede Kamerverkiezingen 2025 met elkaar in debat in Tilburg. Geert Wilders (PVV), Henri Bontenbal (CDA), Rob Jetten (D66), Frans Timmermans (GroenLinks-PvdA), Dilan Yesilgöz (VVD), Joost Eerdmans (JA21) en Jimmy Dijk (SP) debatteren over onderwerpen die de inwoners van het zuiden belangrijk vinden.
Het ‘Debat van het Zuiden’ is op zaterdagavond 25 oktober vanaf half acht live te volgen via de website en app van Omroep Brabant, L1 en Omroep Zeeland en via deze omroepen op televisie.