De provincies Brabant, Gelderland en Overijssel roepen het kabinet op om samen te investeren in nieuwe technologie en innovatie. Dinsdag overhandigden de gedeputeerden Economie van de drie provincies in Den Haag een document met standpunten aan het ministerie van Economische Zaken.

Van medische technologie tot landbouw, in de provincies kom je allerlei verschillende sectoren tegen die een belangrijke schakel zijn voor Nederland. In Brabant draait het vooral om hightech systeemontwikkeling en machinebouw.

Meer dan twee derde van de Nederlandse innovatieve maakindustrie is gevestigd in deze provincies, wat ze het 'economische motorblok' van technologische vernieuwing in Nederland maakt. "Maar zonder scherpe keuzes en focus op deze technologieën verliest Nederland zijn concurrentiekracht”, vertelt Brabantse gedeputeerde van Economie Martijn van Gruijthuijsen.

Grote uitdagingen
Nederland kampt met grote uitdagingen door het overvolle elektriciteitsnet, ruimtegebrek, kwetsbare digitale infrastructuur en een tekort aan technisch talent. Daar komt bij dat weinig investeerders het risico durven nemen om te investeren, waardoor vernieuwende projecten niet in gang worden gezet.

Maar het netwerk, de ervaring en de mensen om deze problemen op te lossen zijn er wel in de provincies. Volgens Van Gruijthuijsen hoeft het Rijk ook 'alleen maar in te stappen'. De provincies hopen dan ook met hun oproep dat Nederland sneller keuzes durft te maken en gerichte investeringen gaat doen.

Volgens de Overijsselse gedeputeerde Erwin Hoogland is wachten geen optie: “Anders lopen we het risico dat Nederland zijn technologische voorsprong verliest. Onze provincies vormen het hart van de Nederlandse maakindustrie, maar het belang rijkt tot ver buiten onze grenzen.”