Freddy probeerde Graafsewijkrellen te stoppen: ‘Had ik niet moeten doen’
Het was december 2000 toen in de Graafsewijk drie dagen van chaos en rellen uitbraken na de dood van FC Den Bosch-supporter Pierre Bouleij. Voor voetballer Freddy van der Hoorn, toen aanvoerder van de club, waren het dagen vol onbegrip, verdriet en onverwachte verantwoordelijkheid.
“Ik weet nog dat wij in het stadion waren om de wedstrijd tegen VVV Venlo te spelen”, vertelt Freddy. “Daar hoorden we dat de wedstrijd was afgelast. Omdat het de laatste wedstrijd voor de winterstop was, gingen we allemaal naar huis om vakantie te vieren.”
Pas thuis kreeg Freddy te horen dat de wedstrijd niet doorging vanwege de dood van een supporter van FC Den Bosch, Pierre Bouleij. Hij werd die middag door een politieagent doodgeschoten na een burenruzie. “Het was een pijnlijk drama, vooral voor de familie,” zegt Freddy, die de broer van Pierre goed kent.
“De link met FC Den Bosch werd onterecht gelegd.”
Uit angst voor verdere onrust verbood burgemeester Ton Rombouts de wedstrijd. Juist door dat besluit braken er die avond rellen uit in de Graafsewijk. “De burgemeester belde me om te vragen of ik samen met de voorzitter van de club de wijk in wilde gaan. Om supporters op te roepen naar huis te gaan,” vertelt Freddy. Omdat hij een goede relatie had met de burgemeester en de club, besloot hij te gaan.
Wat Freddy niet wist voordat hij de wijk inging, was dat de groep relschoppers was gegroeid tot zo’n driehonderd mensen. “Toen ik met een megafoon de wijk door de wijk liep, merkte ik dat het niet alleen FC Den Bosch-supporters waren. Het was vooral opgeschoten jeugd van heinde en ver, puur uit op rommel trappen,” zegt de oud-voetballer die nog steeds in Den Bosch woont.
Volgens hem hadden de rellen weinig met de club zelf te maken. “Het ging om een supporter die was overleden, waardoor de wedstrijd niet doorging. Daardoor werd de link met FC Den Bosch onterecht gelegd.”
“Het was niet mijn taak om de relschoppers naar huis te sturen.”
Freddy weet nog hoe hij met gevaar voor eigen leven door de wijk liep. Om hem heen werd de ME bekogeld met stenen, terwijl auto’s en gebouwen in brand stonden. “Het was pikdonker, want de meeste lantaarnpalen waren vernield. Ik weet nog dat ik bijna in een rioolput viel. Dan denk je wel: wat sta ik hier eigenlijk te doen.”
Freddy heeft geen spijt van zijn optreden, maar kijkt er nu 25 jaar later anders op terug. “Ik was maar een speler van FC Den Bosch. Het was niet mijn taak om de relschoppers naar huis te sturen, maar je doet het omdat je je stad wilt beschermen en de situatie probeert te sussen.”
De afgelopen jaren heeft de Bosschenaar amper nog aan de rellen in zijn stad gedacht. “Het leven gaat door”, zegt hij terwijl hij de straat inkijkt waar het 25 jaar geleden misging. “Het is iets wat je achter je laat en waar je verder geen energie meer in steekt. Aan het einde van het seizoen stonden we zelfs alweer een feestje te vieren, omdat we kampioen waren. Zo gaat het leven nu eenmaal.”
Bekijk onze video over de Graafsewijkrellen:
