Agente mocht schieten op agressieve man in Haaren, oordeelt OM
De agente die op 3 maart dit jaar schoot op een 43-jarige man uit Haaren, heeft volgens het Openbaar Ministerie (OM) juist gehandeld. Dat concludeert het OM dinsdag na onderzoek door de Rijksrecherche.
De man had die avond een ruit bij de buren vernield en stond met een mes te zwaaien. Toen twee agenten op de melding afkwamen, ging hij er op een scooter vandoor. Na een korte achtervolging, waarbij de man stoptekens negeerde, kwam hij in een weiland ten val.
Daar haalde hij plotseling een hamer tevoorschijn. Hij dreigde daarmee de agente die het dichtst bij hem stond te slaan. Zij pakte daarop haar wapenstok en sloeg hem op zijn arm, maar dat had geen effect. Daarna pakte ze haar dienstwapen en schoot ze een kogel op zijn benen.
Stroomstootwapen
Op datzelfde moment vuurde haar collega twee keer met zijn stroomstootwapen op de man, die de hamer in hun richting gooide. Ook een derde agent zette een stroomstootwapen in. De man viel in een droge sloot en werd met hulp van een politiehond aangehouden. Hij raakte gewond door het schot.
Het OM vindt dat de agente voor haar eigen veiligheid genoodzaakt was om haar vuurwapen te gebruiken. Ze schoot om direct gevaar voor eigen leven of zwaar lichamelijk letsel te voorkomen. Dat ze vooraf niet waarschuwde dat ze zou schieten, vindt het OM gezien de feiten en omstandigheden voorstelbaar.
Ook het gebruik van het stroomstootwapen door de twee andere agenten is volgens het OM rechtmatig. Er was sprake van acute dreiging, waarbij de verdachte het bevel om de hamer te laten vallen negeerde.
