Veertien jaar cel voor dood Suzanne Martens
Ze was met messteken om het leven gebracht. Justitie had tegen de verdachte achttien jaar gevangenisstraf geëist voor moord. De man was de buurman van het slachtoffer. Suzanne Martens was 25 toen ze werd gedood.
De rechter vond dat moord niet kan worden bewezen. Uit het rapport van de patholoog-anatoom kon niet worden vastgesteld in welke volgorde de verwondingen het slachtoffer waren toegebracht. De dader zei tijdens de behandeling van het hoger beroep dat hij zich door cocaïnegebruik niets kon herinneren van de dagen rondom de moord. Het hof gaf dit ook als reden dat moord niet kon worden bewezen.
Bij het opleggen van de straf betrok het hof ook het feit dat de vrouw door haar handicap een 'extra weerloos slachtoffer was'. De rechtbank in Groningen had de man eveneens tot veertien jaar veroordeeld, na een eis van twintig jaar.