Reden is de houding van de NMa. Deze Nederlandse Mededingingsautoriteit vindt het niet aanvaardbaar dat door de fusie een zorgaanbieder ontstaat met een te groot marktaandeel.

Reinier van Arkel en de GGZ Oost Brabant wilden door de fusie vooral de kinder- en jeugdzorg verbeteren.

De twee instellingen hadden eind 2008 bij de NMa een vergunning aangevraagd om samen te gaan. De fusieplannen waren ingegeven door professionals binnen de Kinder en Jeugd GGZ om de zorg voor deze categorie in Noordoost-Brabant naar een hoger niveau te tillen.

De twee organisaties hebben begin dit jaar nog een poging gewaagd om de NMa op andere gedachten te brengen. Ze stelden voor een deel van de ambulante zorg aan kinderen en jeugdigen in Oss en Helmond af te stoten aan een andere zorgaanbieder. Ook dit mocht niet baten, zo is deze week gebleken.