Zo wordt het coronavirus in Brabant onderzocht

7 maart 2020 om 11:16
nl
Het RIVM maakte vrijdag bekend dat het steekproefsgewijs onderzoek gaat doen in Brabantse ziekenhuizen. Zo probeert het RIVM de verspreiding van de ziekte in kaart te brengen. Maar wat houdt zo’n steekproef eigenlijk in, en wat betekent het voor de ziekenhuizen?
Profielfoto van Ron Vorstermans
Geschreven door

Allereerst, zo vertelt een woordvoerder van het RIVM, is het belangrijk te beseffen dat het woord onderzoek of steekproef niet geheel de lading dekt. “Er is geen hele onderzoeksopzet”, vertelt woordvoerder Harold Wychgel van het RIVM. “We steken gewoon de thermometer erin.” Duidelijke taal.

Maar wat houdt het onderzoek dan wél in?

Om dat te begrijpen is de bestaande structuur van het onderzoek naar de corona-verspreiding in Nederland belangrijk. De steekproef die vanaf zaterdag in ziekenhuizen wordt gehouden komt namelijk grotendeels overeen met het onderzoek dat nu al wordt gehouden. Verspreid door heel Nederland zitten op dit moment laboratoria. Dat zijn er in totaal veertien en ze zijn op te splitsen in opschalingslabs (12) en referentielabs (2).

Vier van die twaalf opschalingslabs zitten in Brabant:

  • Stichting PAMM in Eindhoven
  • Microvida in Roosendaal
  • Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis (Tilburg)
  • Jeroen Bosch Ziekenhuis (Den Bosch)

De opschalingslabs doen screenings en geven een eerste indicatie of patiënten met klachten het nieuwe coronavirus hebben.

Als zo’n test positief is, sturen de opschalingslabs de testgegevens naar een van de twee referentielabs van het RIVM en het Erasmus MC in Rotterdam. Als de resultaten in een van de referentielabs óók wijzen op besmetting, is het volgens het RIVM zeker: de patiënt lijdt aan COVID19, de ziekte die het nieuwe coronavirus overbrengt, en is besmettelijk. Dat is dan dubbel gecheckt.

Als een opschalingslab het druk krijgt met tests en veel tests positief blijken, kan het RIVM beslissen om zo’n lab ‘op te schalen’ naar een referentielab. In dat geval is een dubbele check niet meer nodig.

De steekproef onder ziekenhuizen
Vrijdagavond meldde het RIVM dat het vanaf zaterdag ook begint met een steekproef onder Brabantse ziekenhuismedewerkers die klachten hebben. Dat levert voornamelijk deze drie vragen op.

Waarom juist ziekenhuispersoneel?

Het liefst zou het RIVM alle mensen testen die thuis zitten met klachten, maar goed, dat is met mankracht en tijd niet realiseerbaar. Ziekenhuismedewerkers zijn in dat opzicht een ideale groep, want ziekenhuizen zijn voor het RIVM goed benaderbaar en veel ziekenhuizen hebben zelf al informatie vergaard de afgelopen dagen door medewerkers te testen. Veel van die gegevens zijn er dus al.

Wat kunnen de ziekenhuizen verwachten?

In principe is dat simpel: een belletje. Het RIVM vraagt de Brabantse ziekenhuizen welke gegevens ze al hebben liggen met betrekking tot het personeel, en of er medewerkers zijn met klachten. Zij krijgen dan een test. Dit proces is simpel (‘we steken gewoon de thermometer erin’), en niet te verwarren met een grootschalig onderzoek. Maar het vergt natuurlijk wel veel werk om al die data te vergaren.

Wanneer krijgen wij de uitslag?

Het is volgens het RIVM moeilijk te zeggen hoeveel tijd het kost om alle data te vergaren. Het onderzoek start zaterdag en duurt ‘enkele dagen’. Tussendoor gaat het RIVM geen uitslag communiceren. Zodra achteraf duidelijk wordt hoeveel besmettingen er zijn brengt het RIVM dat naar buiten. Natuurlijk worden de ziekenhuizen tijdig in kennis gesteld in het geval van besmettingen.

Lees alles over het coronavirus in Brabant op onze themapagina.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.