Op deze druilerige dag praat Provinciale Staten over verdroging: 'Bij ieder besluit water meewegen'

29 januari 2021 om 07:00
nl
Wat gaat Brabant doen tegen de verdroging? Het probleem dat al tientallen jaren speelt, staat vrijdag op de agenda van Provinciale Staten. Het is de eerste ronde in een serie debatten die in het najaar een Regionaal Water Plan moet opleveren.
Profielfoto van Peter Pim Windhorst
Geschreven door
Peter Pim Windhorst

Het is gek om over verdroging te praten terwijl regen Brabant grijs en druilerig kleurt. Maar de regen van nu is geen oplossing voor een jaren oud probleem. Vooral op de hogere zandgronden in het midden en het oosten van Brabant is de verdroging acuut. Er zijn daar beken die 's zomers alleen nog maar stromen omdat het waterschap er grondwater in pompt.

Volgens terreinbeheerders als Natuurmonumenten en het Brabants Landschap is de schade aan de natuur bijna onherstelbaar. Brabantse bossen krijgen al jaren te weinig water.

Klimaatverandering maakt het erger
De klimaatverandering verergert de verdroging. Brabant heeft al drie hete zomers achter de rug en de verwachting is dat dat nog veel vaker zal gebeuren.

Veel Brabanders volgen de discussie vrijdagmiddag op het provinciehuis. De drie Brabantse waterschappen, de Brabantse Milieufederatie (BMF), Het Brabants Landschap, Natuurmonumenten en boerenorganisatie ZLTO schreven er brieven over.

Provinciebestuurder Peter Smit schrikt daar niet van. "Ze verkondigen gelukkig niet alleen maar hun eigen standpunt. Alle partijen zijn bereid rekening met elkaar te houden." Dat mag zo zijn, maar Smit en zijn collega-politici zullen de komende tijd principiële en harde noten moeten kraken.

Hoe belangrijk wordt dit onderwerp?
De Brabantse Waterschappen zijn in hun brief overduidelijk: water moet leidend worden. Bij alles wat de provincie doet, moeten de gevolgen voor het (grond)water meetellen. "Doorgaan op oude de oude voet is ontoereikend," zeggen ze. En: "Hittestress zal een steeds grotere invloed hebben op de kwaliteit van de leefomgeving."

Brabant moet minder grondwater gebruiken en regenwater de kans geven in de bodem te zakken om zo de grondwatervoorraad aan te vullen.

Door de droge zomers is de hoeveelheid grondwater die boeren gebruiken voor beregening onverwacht flink gestegen. Het kwam ze op veel kritiek te staan. De ZLTO schrijft dat de boeren er zelf ook niet altijd blij mee zijn. Beregenen kost veel tijd en veel geld.

"Het moet niet vanzelfsprekend zijn dat droge locaties door beregening geschikt zijn voor alle gewassen", stellen de natuurorganisaties. De boeren willen daar volgens de ZLTO over meedenken maar ze zijn ertegen als de overheid gaat bepalen wat een boer wel en niet mag verbouwen.

Blijft grondwater drinkwater?
Tot nu toe drinken alle Brabanders grondwater. Dat is feitelijk regen die duizenden jaren geleden gevallen is. Het is superschoon zodat er eenvoudig drinkwater van te maken valt.

Maar drinkwaterbedrijf Brabant Water pompt van alle bedrijven het meeste water op, wat volgens onderzoek invloed heeft op de ingewikkelde ondergrondse waterstromen. Het verdwijnen van kwelwater dat vanzelf op veel plekken naar boven kwam, zou hiermee te maken hebben.

"Andere provincies gebruiken volop oppervlaktewater als bron voor hun drinkwater", schrijven de BMF, Natuurmonumenten en Het Brabants Landschap. Het rivierwater is niet zo schoon als grondwater en de hoeveelheid water in de rivier verschilt per seizoen. Brabant Water is tot nu toe niet erg enthousiast over het idee.

De waterschappen en de milieuorganisaties dringen erop aan dat bedrijven het grondwater niet meer gebruiken voor bedrijfsprocessen. Dat betekent dus dat er een systeem moet komen voor 'grijs water'. De waterschappen komen met het idee om water dat in rioolwaterzuiveringsinstallaties is gezuiverd in de industrie te gebruiken in plaats van uit grondwater gemaakt drinkwater.

Hoeveel geld is er?
De ZLTO is de eerste organisatie die over geld praat. Boeren doen al veel om water te besparen. Als meer geld nodig is, zou de overheid daarom moeten meebetalen.

Misha Mouwen van de BMF: "Als boeren een maatschappelijke dienst verlenen, moet daar iets tegenover staan." Dijkgraaf Lambert Verheijen van waterschap Aa en Maas: "Het gaat om de kwaliteit van de plannen. Voor goede plannen komt er altijd geld."

Gedeputeerde Peter Smit is nog voorzichtig. "Tijd is geld. Als je boeren meer tijd geeft om plannen uit te voeren, kunnen ze het in hun planning meenemen. Dan is er wellicht minder geld nodig. We hebben te maken met een groot probleem maar het hoeft niet vandaag of morgen te worden opgelost."

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.