Veel meer explosieven gevonden en dat komt door corona

14 maart 2022 om 19:00 • Aangepast 15 maart 2022 om 16:36
nl
Magneetvissers en speurders met een metaaldetector hebben in 2021 veel meer explosieven gevonden in Brabant dan voorheen. De oorzaak? Corona. "Mensen moesten iets toen de kroegen en musea dicht waren."
Profielfoto van Ron Vorstermans
Geschreven door

Voor de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) was 2021 een ongekend druk jaar. Verspreid over alle provincies moest de dienst bijna 2600 keer uitrukken. Dat is ruim driehonderd keer vaker dan in 2020. Ook in Brabant was een duidelijke stijging in bommenvondsten te zien, eigenlijk op alle fronten. "En het komt allemaal door de coronacrisis", vertelt majoor Peter aan Omroep Brabant.

"Mensen trokken in 2021 opeens de metaaldetector uit de schuur."

Majoor Peter ('mijn achternaam houd ik voor mezelf') staat aan het hoofd van alle operaties van de EOD in binnen- en buitenland. Het was een druk jaar voor hem, maar ook voor de rest van de EOD.

De EOD moest vorig jaar in totaal 597 keer in actie komen in onze provincie om bommen of granaten op te ruimen. Dat gebeurde in 239 gevallen na een melding van een magneetvisser of iemand met een metaaldetector. Dat is circa een derde van alle meldingen dat jaar. Een flinke stijging in vergelijking met 2020 toen 79 van deze speurneuzen bij de EOD aanklopten voor een gevonden explosief.

"Mensen zaten afgelopen jaar weer thuis en hadden geen uitlaatklep. Alles was dicht. Dus ze gingen naar buiten - in de tuin aan de slag, wandelen in het bos. Sommige mensen trokken daarbij ook opeens de metaaldetector uit de schuur", zegt majoor Peter.

"Soms komt er opeens iemand met een bom het politiekantoor binnenlopen."

Met name de metaaldetector was populair. In 2020 kreeg de EOD in Brabant 51 meldingen van mensen met een metaaldetector. In 2021 is dat aantal maar liefst vier keer zo hoog en staat de teller op 202 meldingen. Ook het aantal meldingen van magneetvissers is toegenomen: van 28 in 2020 naar 37 in 2021.

Het gekke is: die plotse stijging houdt ook na de lockdowns aan. "Blijkbaar vinden mensen het een leuke hobby. We merken het ook in de wintermaanden. Dan ligt het aantal vondsten doorgaans lager omdat mensen minder naar buiten gaan. Tegenwoordig wordt er dan in één week gevonden wat voorheen in drie weken werd gevonden", legt majoor Peter uit.

In de praktijk betreft het overgrote deel explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. Niet al die bommen of granaten zijn even gevaarlijk. Een zogeheten A-melding moet dezelfde dag nog worden opgeruimd vanwege ernstig gevaar voor mens of dier.

"Ze denken: ach, die dingen zijn oud en verroest."

Speurders waren in Brabant afgelopen jaar 27 keer goed voor een zogeheten 'A-melding'. Ook dat getal is gestegen, want in 2020 waren dat er 16. Majoor Peter benadrukt daarom dat mensen die iets denken te hebben gevonden, écht moeten oppassen.

"Mensen onderschatten het enorm. Ze denken: ach, die dingen zijn oud en verroest, het werkt niet meer. Maar iedere keer zien we hetzelfde als we er eentje onklaar maken: van binnen zien die explosieven er gewoon nog gloednieuw uit. Daar wil je echt geen risico mee nemen."

"Wat je ook doet: laat het liggen en bel de politie", luidt het advies van majoor Peter. "Sommige mensen bellen de politie niet omdat ze bijvoorbeeld twijfelen. Dat moet je nooit doen. Al kan het natuurlijk altijd erger. We maken het ook mee dat er opeens iemand met een bom het politiekantoor binnen komt lopen. Je verzint het niet."

LEES OOK: DIt toverden magneetvissers zoal tevoorschijn uit Brabantse wateren

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Deel dit artikel
Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!