De hele wereld komt naar Gerwen om gipsyjazz te leren spelen
Achter het clubgebouw van jeugdvereniging Jong Nederland net buiten Gerwen staat een tent waar je een week lang alleen maar gitaren hoort. Ook uit de verschillende lokalen van het gebouw hoor je gitaarmuziek. Hier leren bijna dertig mensen muziek maken als de beroemde gitaristen Paulus Schäfer, Fapy Lafertin en Romino Grünholz.
"Van gipsyjazz word ik echt blij."
Sam Farthing komt al wat jaren hier op het gitaarkamp. “Het is voor mij ondertussen traditie geworden. Ik ontdekte gipsyjazz toen ik 13 jaar oud was. Sindsdien ben ik er helemaal gek op. Het is heel energiek en emotioneel. Heel veel andere muziek klinkt saai nadat je gipsyjazz hebt geluisterd. Ja, ik zou popmuziek kunnen spelen. Maar hier word ik echt blij van.”
Gipsyjazz ook wel jazz manouche genoemd ontstond rond 1930. De in België geboren Sinti-gitarist Django Reinhardt raakte bij een brand in een woonwagen ernstig verminkt. Hij kon nog maar twee vingers gebruiken om gitaar te spelen. Daarmee ontwikkelde hij een eigen stijl van spelen, de gipsy jazz. In Nederland is die stijl vooral beroemd door het Rosenberg Trio.
Dat gezelschap uit Nuenen zorgde ervoor dat Thomas Kola uit Tsjechië de gipsyjazz ontdekte. "Ik maakte ooit eens de fout door dit op internet tegen te komen. En dat heeft heel mijn leven veranderd", lacht Thomas. "Sindsdien ben ik helemaal verkocht en kom ik naar dit kamp. Hier kan ik bij de bron van de muziek zijn en van de allerbesten leren."
"Improviseren is het aller moeilijkste."
“Het is muziek die uit het hart komt”, vertelt docent Paulus Schäfer. “Wij kunnen geen noten lezen. We spelen vanuit gevoel. Dat maakt de muziek zo mooi.”
Het gitaarkamp duurt vier dagen. “Ik vind het belangrijk om deze muziek door te geven”, zegt Schäfer. “De akkoorden zijn heel makkelijk te leren. Maar het improviseren is het allermoeilijkste. Dat wil ik ze hier leren.”