Kinderarmoede: Jason (10) weet dat mama wel eens wat heeft gestolen

7 augustus 2022 om 11:00 • Aangepast 5 september 2022 om 13:59
nl
Kinderarmoede wordt steeds meer zichtbaar door de stijgende energie- en voedselprijzen en de gevolgen van de coronacrisis. De gemeente Helmond wil er iets aan doen, door bijvoorbeeld een gratis ontbijt op school aan te bieden. Jason is 10 jaar oud en leeft in armoede. Jason en zijn moeder lopen regelmatig binnen bij BeBizzy, een liefdadigheidsorganisatie in Helmond. Daar kunnen mensen in een knusse huiskamer even op adem komen en wat uitzoeken in het winkeltje. In die rust spreken we ze. Jason: “Als er meer geld is, krijg ik kippenvel.”
Profielfoto van Alice van der Plas
Geschreven door

Anjeska, de moeder van Jason, werd op 8-jarige leeftijd weggestuurd door haar moeder om eten te stelen. Ze bond een rugzakje op haar buik. Pakte haar skelter, ‘want dan kon ik meer meenemen’ en reed naar de boeren in de omgeving. “Wat de boer ook had, ik laadde mijn rugtasje vol. Ik was zo bang dat de boer erachter zou komen. Mijn moeder vond andere dingen belangrijker dan dat wij te eten en te drinken hadden.”

"Ik wilde alleen niet meer arm zijn, maar dat is niet gelukt."

Anjeska heeft een trauma opgelopen door haar jeugd. “De meeste meisjes willen prinses worden of advocaat. Ik wilde alleen maar niet meer arm zijn, maar dat is niet gelukt.”

Anjeska is analfabeet. Ze zal dit artikel nauwelijks kunnen lezen. Ze leeft van een uitkering en heeft vier kinderen. Een vijfde kind, dat niet van haar is, woont bij haar in. “Dat is mijn bonuskind”, lacht ze.

Alles ging goed met Anjeska tot een van haar kinderen ernstig ziek werd. De medische kosten, vervoerskosten naar ziekenhuizen en de overnachtingen bleken te veel voor het gezin. De armoede vond zijn weg weer naar de volgende generatie.

Anjeska en de 10-jarige Jason praten openhartig over hun situatie. “We hebben geen tijd voor schaamte, we zijn aan het overleven”, zegt Anjeska. Kinderarmoede is vaak nog een verborgen probleem. Dianne Bruno van BeBizzy: “Heel veel kinderen weten niet dat ze in armoede leven, ze vinden het ook vaak normaal”, zegt ze. “En ouders proberen het verborgen te houden.”

Maar Jason is niet van gisteren en weet precies wat er gaande is.

Jason: “Ik wilde graag een waterpistool uit de apenwinkel.”
Anjeska: “Wij noemen het de apenwinkel, omdat er een aap op de voorkant staat. Ik kan niet goed lezen of schrijven. Het is de Intertoys, volgens mij.”
Jason: “Mamma zei nee, mamma zegt altijd nee.”
Anjeska: “Ik kan mezelf niet uit de armoede trekken, omdat ik niet zoveel kan. Ik moest vroeger thuis vooral voor mijn moeder zorgen.”
Jason: “Ik weet niet hoe ik me voel als ik iets niet krijg, het is gewoon balen.”

Anjeska moet rondkomen van 120 euro in de week. “Daar moet ik dus echt alles van doen en door de medische kosten voor een van de kinderen is dat moeilijk.” Anjeska komt vaak niet rond. Als de week voorbij is, is haar koelkast leeg.

Anjeska: “Wij noemen dat restjesdagen.”
Jason: “We hebben altijd te eten, hoor.”
Anjeska: “Ik ga naar de bakken aan de achterkant van de supermarkt, als je begrijpt wat ik bedoel.”
Jason: “Huh?”
Anjeska: “Het is gewoon nog goed en dan doe ik het in een tas, sorry.”
Jason: “Dat wist ik helemaal niet!”
Anjeska, huilend met trillende handen: “Ik heb geloof ik per ongeluk wat opgebiecht.”
Jason: “Dat is toch helemaal niet erg, mamma.”
Anjeska: “Weet je dat ik jouw mountainbike daar ook vandaan heb?"
Jason: “Echt?"
Anjeska: “Hij was als nieuw en lag gewoon in een container. Ik heb toen mijn been opengehaald, ik moest en zou hem hebben.”

Soms is er wel meer geld. Anjeska krijgt iets van anderen en verkoopt dat door. “Ik heb vlees gekregen, dat klaargemaakt en weer doorverkocht. Toen had ik meer geld en kon ik een verjaardagscadeautje kopen, zodat Jason naar een feestje kon. We doen rare dingen om aan geld te komen.”

"Ik had helemaal niets meer. Ik was zo bang."

Zo heeft Anjeska ook weer een keer moeten stelen. De kinderen bleven thuis met instructies om hun oom te bellen als ze niet terug zou komen van de supermarkt. “Ik had helemaal niets meer. Ik had ook geen oppas. Ik was zo bang. Wat als ik word opgepakt? Wie zorgt er dan voor mijn kinderen?” Jason weet wat er is gebeurd, als Anjeska met volle tassen weer binnenkomt. “We hadden toen veel eten.”

Eten is al moeilijk, stoere kleding nog moeilijker. Het heeft Jason veel problemen opgeleverd. Hij werd vaak gepest. Inmiddels zit hij op een andere school. Daar gaat het beter en heeft hij veel vriendjes.

Jason: “Ik had een keertje sokken met sterretjes aan. Dat is voor mietjes.”
Anjeska: “Hier heeft hij last van, hoor. Dit onderwerp blijft zwaar.”
Jason: “Ik ben door 5 jongens in elkaar geslagen.”
Anjeska: “Hij is nog steeds bang voor 1 van hen.”
Jason: “Ze lieten me ook struikelen. Omdat ik andere kleren aanheb en een hele oude telefoon. Het shirt dat ik nu aanheb, is van Nike, dus dat is goed. Maar de broek die ik nu aanheb, is niet goed.”

Jason weet niet wat hij later wil worden, maar de politieschool lijkt hem wel wat.

Anjeska: “Jason, dat kan ik niet betalen, hoor. Hier maak ik me dan zorgen over, he? De opleiding van mijn kinderen. Kunnen ze dat krijgen? Heb je wel eens gezien hoe duur boeken zijn? Mijn God.”

Anjeska heeft geen tijd meer om verder te praten. Haar zieke zoontje heeft zijn medicijnen nodig. “Dat gaat heel precies op de klok, hoor.” Jason mag nog snel wat uitzoeken in het winkeltje van BeBizzy. Even later loopt hij glunderend met een knuffelaapje de winkel uit.

De namen van Jason en Anjeska zijn gefingeerd om hun privacy te bewaken.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Deel dit artikel
Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!