Ontmaagding Bergen op Zoom na 275 jaar herdacht: 'Trots op ons stadje'
Bergenaren zijn bekend om hun chauvinisme, hun enorme trots op de geschiedenis van de voormalige vestingstad. Ze hebben zelfs hun eigen volkslied 'Merck toch hoe Sterck', dat in 1622 door Valerius werd geschreven om de onneembare vesting te bezingen.
"Dat dragen wij graag uit, want wij zijn allemaal trots op ons stadje."
Stephan Asselbergs is voorzitter van de archeologische stichting 'In den Scherminckel' en vertelt er met een snik in zijn stem over.
"Op de ochtend van 16 september 1747 gebeurde het ondenkbare. De onneembare vesting Bergen op Zoom werd toch ingenomen door de Fransen. Na maandenlange beschietingen hadden zij de wallen beurs gemaakt. Ze konden er overheen en drongen de stad binnen. Moordend, verkrachtend en plunderend. De Maagd was de maagd niet meer."
Het grootste deel van de vestingwerken in Bergen op Zoom is lang geleden al afgebroken. De Gevangenpoort en het Ravelijn zijn nog bovengrondse monumentale restanten. In 2017 werden bij een nieuwbouwproject uitgebreide fundamenten van de vesting blootgelegd en vereeuwigd in museum De Verborgen Vesting.
Vrijdag wordt in dat museum stilgestaan bij de Franse belegering, waar op een hoge muur in video's de ontstaansgeschiedenis en de ondergang van de ooit beroemde vesting wordt uitgelegd.
Asselbergs: "Na de Tachtigjarige Oorlog heeft befaamd vestingbouwer Menno van Coehoorn de opdracht gekregen om de verdedigingswerken in en om de stad nog verder te verbeteren. Toen dat af was werd Bergen op Zoom in binnen- en buitenland beschouwd als sterkste vesting in Europa. Maar zeven jaar later wisten de Fransen toch binnen te komen."
Omdat de verdedigers van de stad zich niet hadden overgegeven, mochten de Fransen volgens het toenmalige oorlogsrecht als een dolle tekeergaan.
"Zo'n 2000 inwoners werden slachtoffer van moord, verkrachting en plundering. En het nieuws van de verovering van 'La Pucelle' werd in Frankrijk groots gevierd met dankdiensten in de kerk. Er werden lofdichten op geschreven en toneelstukken over gemaakt", licht Asselbergs toe.
Nog altijd gaan veel Bergenaren prat op hun trotse vestingstadverleden en worden de restanten van de verdedigingswerken gekoesterd. Ook theater De Maagd verwijst in naam naar dat roemruchte verleden.
"Dat dragen wij graag uit, want wij zijn allemaal trots op ons stadje", lacht Asselbergs. En tijdens de Vastenavend schalt nog regelmatig het 'Bergs volklied' door de straten in de monumentale binnenstad.