Video

Toekomst van carnaval in Brabant: er is licht aan het einde van de optocht

7 februari om 13:53 • Aangepast 21 februari om 02:00
nl
Na maandenlang hard werken is het bijna zover: bouwclubs trekken tijdens het carnavalsweekend door de straten om hun mooie creaties aan het publiek te laten zien. Maar dat is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt. In veel dorpen lopen wagenbouwers en loopgroepen tegen problemen aan. Bouwlocaties zijn lastig te vinden, materiaalkosten zijn hoog en steeds minder jongeren willen een wagen bouwen. Omroep Brabant zocht uit hoe het gesteld is met de Brabantse carnavalsoptochten.
Profielfoto van Sanne Hoeks
Geschreven door

Omroep Brabant vroeg meer dan 250 optochtorganisaties hoeveel wagens en loopgroepen er dit jaar deelnemen aan de optocht en hoeveel dat er vorig jaar en vijf jaar geleden waren. Ruim 130 optochtorganisaties vulden de vragenlijst in.

Coronadip
Dit jaar doen er in 59 optochten minder wagens mee dan in 2019. Optochtorganisaties geven aan dat het aantal wagenbouwers na corona flink is teruggelopen. Ook het aantal loopgroepen is sinds 2019 flink gedaald. Dit jaar doen er in 46 optochten minder loopgroepen mee dan vijf jaar geleden.

Veel bouwclubs kunnen geen plek vinden om te bouwen. "Er zijn minder boerenbedrijven met een grote schuur in het dorp", zo laat de optochtorganisatie van Helenaveen weten. Ook de hoge materiaalkosten, de vele regels waar een wagen aan moet voldoen en kostbare verzekeringen worden vaak genoemd.

In de dorpen rondom grote steden merken de optochtorganisaties dat steeds meer jongeren naar de stad trekken tijdens carnaval. Jeugd uit Sint-Michielsgestel en Empel gaat bijvoorbeeld naar Den Bosch. Veel bouwclubs verliezen leden als die kinderen krijgen en stoppen met bouwen. Maar jonge aanwas die hun plaats inneemt is er nauwelijks.

Herstel
Maar er is ook goed nieuws: in 37 optochten doen er dit jaar meer wagens mee dan vorig jaar. Na de coronadip, lijkt het aantal bouwclubs nu dus weer in de lift te zitten. Voor loopgroepen geldt hetzelfde. Dit jaar doen er in 41 optochten meer loopgroepen mee dan vorig jaar.

In Roosendaal is het aantal deelnemers dit jaar met 25 procent gestegen. Dat komt volgens de optochtorganisatie onder meer door een bouwfonds dat zij vorig jaar samen met de gemeente in het leven heeft geroepen. "Zo kunnen we de bouwclubs financieel ondersteunen. Daardoor houden we een goede en leuke optocht voor nu, maar zeker ook voor in de toekomst", meldt de organisatie trots.

Spotters
In Breda zijn er tijdens de jaarlijkse Klûntocht, twee weken voor carnaval, speciale spotters ingezet. "Zij hebben deelnemers aan de Klûntocht die goed uitgedost waren, actief benaderd om mee te lopen in de optocht. Dat heeft voor een aantal extra aanmeldingen gezorgd."

Maar het begint volgens veel optochtorganisaties bij de jeugd. In Handel en in Beek en Donk krijgt de basisschooljeugd les in het bouwen van carnavalswagens en dat werpt zijn vruchten af. "Hierdoor is de dorpsgemeenschap meer betrokken bij carnaval", zo laten de Bergkneuters uit Handel weten. "Ook leren de kinderen samenwerken en werken met hun handen."

Zorgen
Toch zijn er ook 33 optochten in Brabant waar er dit jaar minder wagens meedoen dan vorig jaar. "Wat zal de toekomst brengen voor carnaval in de kleine kernen nu alles alleen maar duurder en duurder wordt?", vragen de Olliedonkers uit Spoordonk zich af. Ook de Narrenparade in Reusel maakt zich zorgen. "Wij vragen ons af hoe carnaval gevierd wordt over vijf of tien jaar? Wij zien het helaas een beetje somber in."

Toch blijven de meeste optochtorganisaties positief en rekenen ze ook dit jaar weer op een mooie optocht.

Ook in Zijtaart is de jeugd aangestoken met het optochtvirus:

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Deel dit artikel
Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!