BRABANT BEVRIJD

Tachtig jaar terug was de oorlog echt voorbij maar toch blijft hij actueel

Vandaag om 07:00 • Aangepast vandaag om 09:21
nl
10 mei 1945. De Duitse bezetting is nu echt beëindigd. De Tweede Wereldoorlog in Europa is voorbij, maar de oorlog in Azië gaat nog door. Na vijf loodzware jaren krabbelt Nederland op. Dat verloopt moeizaam. Tachtig jaar geleden was de situatie in Brabant nog verre van normaal. En het zou nog maanden duren voordat het dagelijkse leven weer terug was.
Profielfoto van Willem-Jan Joachems
Geschreven door

Gebrek aan steenkolen om te koken en te verwarmen, gebrek aan voedsel, gebrek aan textiel. Schaarste is overal. Brood, Amerikaans spek en reuzel kan je alleen met bonnen aanschaffen. Een commissariaat regelt de voedselverdeling en vraagt via de kranten aan de bevolking 'een klein offer' om de voedselvoorziening voor het hele land mogelijk te maken, zo staat in het Provinciaal Noordbrabantsch Dagblad van 11 mei 1945.

Mondjesmaat komt er wel wat verbetering in het leven van de Brabanders. Verse melk kan weer vrij worden verkocht. De postbezorging wordt hervat. En de verplichte verduistering van gebouwen stopt. In Tilburg is er een feestelijk defilé met prinses Juliana.

Koningin
Vrijheid is er nog niet. Het Militair Gezag beheerst het land. Dat leidt tot groeiend ongenoegen onder de bevolking. 'Bevrijd, maar niet vrij' is een veelgehoorde opmerking. Ook de pers staat onder toezicht. Verkiezingen waren er al jaren niet meer geweest en zouden pas in 1946 volgen.

De koningin is terug uit Engeland en woont vanaf begin mei 1945 zes weken lang op landgoed Anneville bij Ulvenhout.

'Kille kampsfeer'
Nooit eerder eiste een oorlog zo veel mensenlevens. De oorlog sloeg diepe gaten in de samenleving. Van de 107.000 joodse Nederlanders die werden gedeporteerd, zijn er nog maar zo'n 5200 in leven.

Een van hen is Gerhard Durlacher. Hij overleefde diverse concentratiekampen en belandt in de zomer van 1945 in Eindhoven. In het Veemgebouw van Philips, de radiotoestellenfabriek. Daar was het grootste opvangcentrum voor evacués in het zuiden van Nederland.

"In Eindhoven zijn we geen passagiers maar vrachtgoed", schrijft Durlacher later. "Een kille kampsfeer hangt daar als een loden wolk. Oneindige zalen zonder bedden, zonder stoelen. Op de stenen vloer donkere stro-matrassen, meterslang en breed als perken op beton." Velen dragen nog hun kampkleding. De ontvangst is over het algemeen kil en bureaucratisch, zo omschrijven de teruggekeerden dat later.

Veemgebouw op Strijp S  in Eindhoven (foto: Omroep Brabant).
Veemgebouw op Strijp S in Eindhoven (foto: Omroep Brabant).

Er waren meer van zulke 'Nationale Ontvangst Centra'. In Oudenbosch zat er eentje in het klooster en internaat van Saint Louis. Van begin mei tot begin juli komen in Oudenbosch 12.000 ontheemden aan, vooral per trein. Iedereen wordt onderzocht op zijn of haar medische toestand en de identiteit wordt vastgesteld. Soms hebben zich SS'ers gemengd onder de ontheemden. Zij worden dan opgepakt.

Vermisten
Overlevenden zoeken familie. Een van die vele vermiste mensen is Nico Wolf uit Veghel. De student vocht als soldaat tegen de Duitse bezetter in mei 1940 en belandde in krijgsgevangenschap. Zijn ouders konden nog naar Engeland vluchten maar zelf wordt hij gedeporteerd.

Pas in 1952 wordt door de gemeente Veghel vastgesteld dat hij overleden is. Zonder exacte overlijdensdatum, gestorven ergens in Midden-Europa. In 2022 keert zijn naam terug in Veghel, voor zijn ouderlijk huis. In de vorm van een struikelsteen.

Stolperstein voor Nico Wolf omringd door bloemen en steentjes (foto: Willem-Jan Joachems).
Stolperstein voor Nico Wolf omringd door bloemen en steentjes (foto: Willem-Jan Joachems).

De Tilburger Bertram Polak treft hetzelfde lot. Zijn ouders konden nog tijdig vluchten. Maar de Tilburger wordt op transport gesteld en vermoord. Ook deze Bertram kreeg vele jaren na de oorlog een Stolperstein voor zijn ouderlijk huis.

Het is een verhaal uit duizenden, tienduizenden.

Wachten op privacy instellingen...

Ook dichter bij huis verdwijnen mensen voorgoed. Zoals gegijzelde verzetsmannen die tijdens de bezetting worden doodgeschoten in de Loonse en Drunense Duinen. Hun graf is nooit gevonden.

Dwangarbeid en schade
Zeker 8500 Nederlandse dwangarbeiders keren nooit terug. Tienduizenden overleven het werk in de Duitse fabrieken en lopen terug naar huis. Ze zijn een deel van een Europese stroom van miljoenen ontheemden.

Diverse dorpen en steden in Brabant zijn verwoest. Dat is vooral zichtbaar in onder meer Overloon, Schijndel, Hank, Dussen, Woensdrecht, Hoogerheide, Dinteloord, Klundert en Moerdijk. Huizen, kerken en molens staan er niet meer. Noodwoningen bieden uitkomst.

Bommen
Een ander probleem is de achtergebleven munitie. Miljoenen mijnen liggen nog verborgen. De explosieven maken nog lang slachtoffers. Net als achtergebleven granaten en kogels. Zo ligt de kelder van het gemeentehuis in Dussen vol met wapens. Op 22 mei 1945 gaat het mis. Door een ongeluk gaat alles de lucht in. Er vallen vijf doden. In vrijwel alle Brabantse dorpen en steden vallen slachtoffers.

Nederland wil de verschrikkingen achter zich laten en kijkt vooral vooruit. Maar voor velen gaat de oorlog nooit voorbij. Tachtig jaar later wordt er nog steeds over gesproken en waarschijnlijk daarna ook nog wel.

Woord van dank

Dit is de laatste aflevering in een reeks die begon op 1 september 2024 en de bevrijding van Brabant volgde. Met speciale dank aan de militaire historici Johan van Doorn en Jack Didden die zich al sinds de jaren ‘80 verdiepen in oorlog, bezetting en bevrijding. Hun gedetailleerde onderzoeksresultaten vormden een belangrijke en onmisbare bron.

Johan van Doorn (links) Maarten Swarts (midden) en Jack Didden (rechts) bij een boekpresentatie (foto: Willem-Jan Joachems)
Johan van Doorn (links) Maarten Swarts (midden) en Jack Didden (rechts) bij een boekpresentatie (foto: Willem-Jan Joachems)

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.