Wild idee van boswachter wordt werkelijkheid, Brabant krijgt 'waddengebied'
De natuur rond het Markiezaatsmeer is na de Waddenzee en het IJsselmeer één van de rijkste broedgebieden in Nederland. Toch zijn er sinds de afsluiting door de Deltawerken in 1983 steeds meer vogelsoorten verdwenen. “We zagen de aantallen in de afgelopen twintig jaar kelderen. Vogels missen veilige en geschikte broedplekken. De zandbanken die voorheen door de getijdewerking in Oosterschelde werden gevormd, zijn verdwenen”, legt Erik uit.
Kunstmatige eilanden
Soorten die door de veranderende omstandigheden in de knel zijn gekomen, zijn vooral kustvogels zoals de kluut, de lepelaar, de bontbek- en de strandplevier. Vanuit Europa geldt voor aantal van deze vogels een verslechteringsverbod. Er werd daarom al langere tijd nagedacht over hoe het tij te keren. Uit eerder uit onderzoek bleek dat kunstmatige eilanden in het meer een ideale oplossing zouden zijn.
Het toeval wil dat Brabants Landschap in natuurgebied de Molenplaat naast het Markiezaatsmeer een aantal plassen graaft. Het gaat om een project dat is bedoeld als natuurcompensatie voor de aanleg van een nieuwe containerterminal in Bergen op Zoom. Erik de Jonge stelde voor om van deze situatie gebruik te maken en het vrijkomende zand in combinatie met bodemslib van het meer te gebruiken om eilanden aan te leggen in het Markiezaatsmeer.
"Er is nu acht miljoen euro beschikbaar waarmee we eilanden kunnen realiseren voor een broedgebied."
Wat begon als een ‘wild idee’ van de boswachter is inmiddels uitgegroeid tot een serieus projectplan dat is omarmd door de provincie Noord-Brabant. “Het was mooi om te zien hoe die dingen toevallig samenvielen. De provincie zat te springen om concrete projecten voor natuurherstel, terwijl wij al wel een plan, maar geen geld hadden. Er is nu acht miljoen euro beschikbaar waarmee we een voldoende groot areaal eilanden kunnen realiseren voor een broedgebied.”
Het natuurherstel rond het Markiezaatsmeer krijgt nog eens een extra ‘boost’ vanwege de verbetering van de waterkwaliteit. Vers oppervlaktewater uit de omgeving van de Brabantse Wal wordt straks via een gemaal en kreken het meer in gepompt. Een stuw aan de andere kant zorgt ervoor dat het overtollige water wordt afgevoerd. De maatregelen zijn onderdeel van het project Water tussen Wal en Schelde. Hierin trekken de waterschappen Brabantse Delta en Scheldestromen samen op met de provincies Brabant en Zeeland om te voorkomen dat schoon zoet water nog langer verspild wordt.
“Het is heel belangrijk dat we naast stikstofgevoelige gebieden ook oog hebben voor onze Natura 2000 gebieden. Iedereen kent wel de Loonse en Drunense Duinen of de Oisterwijkse vennen. Dit gebied is iets minder bekend en daarom is het heel belangrijk dat we daar als provincie een bijdrage aan leveren. We hopen natuurlijk ook dat mensen die onderweg zijn naar hun vakantie in Zeeland ook eens een bezoek brengen aan Bergen op Zoom. Er is hier mooie vogelkijkhut van waaruit je deze prachtige natuur kunt zien”, aldus provinciebestuurder Saskia Boelema.
"Ik heb straks mijn verrekijker nog harder nodig, echt supervet."
De broedplekken liggen straks net boven de waterlijn. Tussen de eilanden worden geulen en ondiepe waterpartijen aangelegd. In tegenstelling tot het enige bestaande eiland in het meer blijven de nieuwe zandvlaktes kaal en onbegroeid zodat ze aantrekkelijk zijn voor kustvogels. Landroofdieren kunnen er niet op komen. De bedoeling is dat de vogels vanaf 2028 kunnen neerstrijken op hun nieuwe broedgebied. Volgend jaar wordt daadwerkelijk begonnen met werkzaamheden voor het project waarvoor nu de schetsen verder worden uitgewerkt.
Erik de Jonge: “Ik had een aantal jaar geleden nooit durven dromen dat we dit voor elkaar zouden kunnen krijgen. Helder stromend water en veilige broedplekken zijn cruciaal om zeldzame vogelsoorten terug te krijgen. Ik weet zeker dat dit gaat lukken. Nu komt alles bij elkaar en kunnen we dit megaproject realiseren. Ik heb straks mijn verrekijker nog harder nodig, echt supervet.”