FC Den Bosch moet bijna 2,5 ton terugkrijgen van 'redder' Jordania
Het gerechtshof vindt dat de voormalige geldschieter van de Bossche club tekort is geschoten in het nakomen van zijn verplichtingen. Daarom is hij volgens het hof aansprakelijk voor de schade die FC Den Bosch heeft geleden en nog gaat lijden als gevolg van het niet nakomen van alle afspraken. Ook moet Jordania de proceskosten van 7.500 euro betalen.
Overname
In 2018 wordt de dan pas 24-jarige Kakhi Jordania geldschieter van FC Den Bosch. De club kan dan al jaren financieel het hoofd maar net boven water houden en ook de sportieve prestaties vallen erg tegen. Dat verandert met de komst van Jordania, die de club wil overnemen.
Het geld klotst nog net niet tegen de plinten en op voorspraak van de hoofdsponsor worden nieuwe spelers gehaald en ook langdurige contracten afgesloten. Het lijkt erg op het verhaal van de Arnhemse voetbalclub Vitesse. Merab Jordania, Kakhi's vader, is daar van 2010 tot en met 2013 eigenaar en geeft de club een enorme financiële impuls. Veel van de ambities worden nooit waargemaakt.
De overname van FC Den Bosch door Jordania junior krijgt geen goedkeuring van de KNVB en van alle mooie plannen komt ook in Den Bosch uiteindelijk maar weinig terecht. En dan begint het gedoe over geld. De vraag is wie waar precies recht op heeft en wie wat betaald heeft. Het komt uiteindelijk tot een slepende rechtszaak tussen FC Den Bosch en zijn 'reddende engel'. De Georgiër eist in 2021 een hoog bedrag van de club: 1,8 miljoen euro.
Voortbestaan
Als FC Den Bosch dat bedrag had moeten overmaken, dan had het er financieel heel beroerd uitgezien voor de club. Tot grote opluchting van de club werd de eis van Jordania door de rechter bijna helemaal van tafel geveegd. Toenmalig directeur Rob Almering en de fans waren enorm opgelucht: "Velen waren bang voor het voortbestaan van de club. Wij hadden vanaf het begin vertrouwen in een goede afloop, maar je bent afhankelijk van hoe de rechtbank het ziet."
Tijdens de rechtszaak ging het in totaal om negen kostenposten. Vier waren er voor rekening van FC Den Bosch met een totaalbedrag van een kleine 62.000 euro. Ook moest de club een lening van 250.000 euro terugbetalen aan Jordania. Daarmee kwam het totaalbedrag dat Den Bosch de Georgiër schuldig was op 312.000 euro.
Omdat FC Den Bosch ook nog geld van Jordania kreeg, bleef er 240.000 euro over die de club van de rechtbank aan hem moest overmaken. Maar in het hoger beroep oordeelde het gerechtshof dinsdag anders. Het hof vindt dat Jordania tekort is geschoten. Zijn houding heeft tot schade geleid bij zijn voormalige 'speeltje' en hij wordt daarom verplicht het bedrag weer terug te boeken naar FC Den Bosch.