Het gaat om Olaf H. (38) en Mustapha Y. (42) uit Limburg. In april 2023, een halfjaar na de aanhouding van Frits van Eerd op verdenking van fraude en witwassen, zouden ze een pakketje naar de topman hebben gestuurd. Daarin zaten een dreigbrief en een telefoon.

De afpersers eisten een flink bedrag van 2.125.000 euro. "Ik geef jou hierbij de kans dit netjes op te lossen. Je krijgt maar één kans", zo stond volgens het AD in de brief.

Op de telefoon stond maar één nummer: dat van de afpersers. Van Eerd kreeg daarop ook dreigberichten. Zo kreeg hij een sms waarin stond: "Je kent mij niet, ik probeer dit zo goed mogelijk te regelen zodat er geen problemen voor jou komen".

Van Eerd deed aangifte bij het Openbaar Ministerie (OM) en betaalde de afpersers niet.

Relatie H. en van Eerd opmerkelijk
Olaf H. leidde tot 2022 een motorcrossteam dat vooral draaide op geld van Jumbo. De relatie tussen teambaas H. en Van Eerd was volgens de krant vanaf het eerste moment opmerkelijk.

Die relatie begon in 2021 met een appje van de Limburger aan de Jumbo-baas. Daarin schreef H. dat hij met Van Eerd in contact wilde komen. Lange tijd reageerde Van Eerd niet. Een maand na het eerste appje reed Van Eerd naar het Limburgs dorpje waar H. woont.

Een dag later kreeg Jumbo een sponsorvoorstel voor ruim een ton. Daarna kreeg teambaas H. nog enkele tonnen op zijn rekening gestort. De sponsoring door Jumbo zorgde bij velen voor argwaan: de ploeg van H. had in 2021 nog nauwelijks aanzien en ook geen andere grote sponsors.

Eigen strafzaak
In september 2022 werd Van Eerd aangehouden op verdenking van fraude en witwassen. Volgens het OM regelde hij sponsorcontracten in de motorcross in ruil voor gratis spullen of korting daarop. Na zijn aanhouding stopte hij als topman van Jumbo. De supermarkt stopte meteen met het sponsoren van het team van teambaas H. en alle andere teams.

Op 23 juni moet Van Eerd voorkomen in deze grote strafzaak. Daar zal hij zich onder meer moeten verantwoorden voor de vondst van 450.000 euro cash bij hem thuis en op zijn werkplaats. Een groot deel daarvan bestond uit briefjes van 200 en 500 euro, geld dat volgens opsporingsdiensten amper in het normale betalingsverkeer voorkomt.