Deze spin roept angst op maar is sympathiek en ongevaarlijk volgens Frans
Ieder weekend is er ook een nieuwe aflevering van de Stuifmail-podcast. Beluister de podcast hier:
Gevonden in een Italiaans zwembad: een spin met kleintjes
Mark Bogers is al dertig jaar weg uit Brabant, maar volgt nog steeds Stuifmail en heeft nu een vraag. Tijdens zijn vakantie in Italië was een spin in het zwembad beland. Niet zomaar een spin, maar een erg grote spin met allemaal spinnetjes op het lichaam. Mark heeft de spin en de spinnetjes gered en wil nu weten om wat voor spin het gaat.
Allereerst dacht ik aan de Spaanse stierspin, maar die spinnen dragen hun nakomelingen niet op de rug. Spinnenfamilie die dat zeker doen zijn spinnen uit de wolfspinnenfamilie. Twee leden van die wolfspinnenfamilie leven in Italië. Dat zijn de tarantulawolfspin (lycosa tarantula) en de valse wolfspin (zoropsis spinimana). De laatste, de valse wolfspin, kennen we tegenwoordig ook in ons land, zie deze link.
De eerste, de tarantulawolfspin is de grootste spin binnen haar familie, zie deze link. Deze wolfspin is vernoemd naar de Italiaanse stad Tarente in de regio Apulië in Italië. Daarom heeft deze spin de naam tarantulawolfspin gekregen. De spin is net zoals de valse wolfspin ongevaarlijk voor mensen. Indien de spin in het nauw wordt gedreven, kan de beet wel net zo pijnlijk zijn als de steek van een honingbij.
De beroemde grote behaarde vogelspin heeft helemaal ten onrechte dus de naam tarantula gekregen. Die verwarring is ontstaan omdat emigranten uit Zuid-Europa in Noord – en Zuid Amerika de daar levende grote vogelspinnen aanzagen voor de bekende wolfspin uit hun landen. Lezers van Stuifmail weten nu dat de echte tarantula een sympathieke en ongevaarlijke wolfspinsoort is uit Zuid Europa.
Mooie nachtvlinder
Helaas heeft de mooie grote vlinder, die Palux Bruyninckx zag, het niet overleeft. Op de foto hierboven staat een nachtvlinder uit de grote nachtvlinder familie van de pijlstaarten. De naam is groot avondrood. Deze nachtvlinders zijn erg fraai gekleurd. Ze hebben olijfgroene voorvleugels en wat roze ertussen. Het zijn ook nachtvlinders met een behoorlijke spanwijdte variërend van 4,5 tot zes centimeter.
Groot avondrood-nachtvlinders gaan vanaf de schemering op zoek naar vooral kamperfoelie. De rupsen van deze nachtvlinders kun je vaak in plantsoenen en tuinen tegenkomen. Dan moeten daar planten staan zoals kattenstaart, waterdrieblad (vijver) of fuchsia. Bijzonder is dat groot avondroodvlinders, zo blijkt uit onderzoek, kleuren kunnen onderscheiden met hun grote ogen.
Welke rups zat er de bladeren van de amaryllisbollen op een terras?
Yvonne Rommelaars stuurde mij een foto van een rups die op de bladeren van een amaryllis zat. Ze vraagt zich af wat de naam is. Op haar foto staat een rups van de gamma-uil. Gamma-uilen, ook wel pistooltje genoemd, zijn nachtvlinders die tot de uilenfamilie behoren. De nachtvlinder heeft in het midden van de voorvleugels witte vlekken. Soms lijken deze vlekken op een Griekse Y, ook wel gamma genoemd. Vandaar de naam van deze nachtvlinder: gamma-uil. Maar soms kom je een andere naam tegen: pistooltje. Dit omdat het gammateken ook iets weg heeft van een ouderwets pistool.
De voorvleugels van deze vlinder zijn bruin en grijs, met soms een paarsachtige tint. Gamma-uilen zijn echte trekvlinders die vanuit het gebied rond de Middellandse Zee - in de nacht, maar ook overdag - naar ons land trekken. Ze bezoeken overdag geregeld bloemen en worden dan weleens verward met de kolibrievlinder. Dit omdat ze, als ze eenmaal op zo’n bloem geland zijn, met trillende vleugels op die bloem zitten.
Hommel gevonden in een emmer
Lous Zurcher vond in een lege emmer een nat insect. Hij vermoedt dat het een solitaire bij of een hommel is. Volgens mij heeft Lous gelijk en heeft hij een steenhommel gered uit de emmer. Op die foto zie je een zwart harig insect met aan het eind van het achterlijf een mooie vaal oranjerode beharing. Steenhommels kom je in diverse landschappen in ons land tegen, maar worden ook regelmatig gezien in stadstuinen.
Koninginnen van de steenhommel zoeken van het midden van maart tot eind mei een geschikte plek om hun nest te maken. Zo’n nest kan, zoals de naam al aangeeft, onder stenen worden gemaakt. Maar je komt ze ook tegen in muurspleten, stallen en schuren. Daarnaast worden soms steenhommelnesten ondergronds aangetroffen, net zoals bij de aardhommel. Dat is een familielid van de steenhommel. Een volwaardig steenhommelnest, ook wel kolonie genoemd, bestaat naast de koningin uit honderd tot driehonderd werksters.
Waarom sterven zoveel beukenbomen?
Marie-Madeleine Sadée valt het op dat er erg veel beuken dood zijn. Wat veroorzaakt die beukensterfte? Dit is een vraag die mij al langer bezighoudt. Ik heb dan ook al veelvuldig tijdens excursies uitleg gegeven over de vraag waarom beuken sterven. De hoofdoorzaak ligt heel duidelijk bij de klimaatverandering. Allereerst hebben beuken een dunne schors, waardoor ze in de volle zon last kunnen krijgen van zonnebrand. De sapstroom verloopt dan minder goed en bij temperaturen boven de 30 graden is dat rampzalig. Kortom: voedselgebrek.
Daarnaast hebben we periodes (van het jaar 2018 tot 2022) gehad met enorme droogte. Dan kunnen beuken slecht aan water komen voor hun sapstromen. Daarna hebben we vanaf 2023 tot 2025 heel veel flinke regenbuien gehad waarbij heel veel water viel. Met als gevolg grote overstromingen van beken en rivieren en tevens verzadiging van de bodem op andere locaties. Op veel plaatsen ontstond daardoor een zeer hoge grondwaterstand.
Het gevolg daarvan is dat ook bosdelen en lanen onder water kwamen te staan waardoor de wortels van de bomen geen mineralen, maar ook geen zuurstof meer konden aantrekken. Het gevolg daarvan was dat de wortels vol water kwamen te zitten en dat daardoor de bomen stikten. Beuken en trouwens ook veel coniferen hebben daar heel veel last van gehad. Dat zag je aan de bruine bladeren en naalden in de zomer. Soms ging die verstikking zover, dat het de dood als eindresultaat had.
Metamorfose groot avondrood - Maud Maas Geesteranus
Een van onze fraaiste nachtvlinders, groot avondrood, behoort tot de familie van de pijlstaarten. Ze vliegen 's nachts en worden weinig gezien. Van eitje tot vlinder laat de metamorfose zien. De vlinders worden overdag soms rustend op een waardplant gevonden. Ze vliegen vanaf de schemering op zoek naar eten al vliegend op kamperfoelie en op andere planten met buisvormige bloemen. Ze komen op het licht af. De zuurstokroze vlinder kan kleuren onderscheiden in het donker. Groot avondrood heeft ogen met grotere lenzen waarmee de afstand die het licht nodig heeft om de receptoren te bereiken is verkort. Hierdoor kunnen ze ultraviolet, geel en blauw detecteren.