Weede, Houweninghen en Erkentrudekerke, deze dorpen verdwenen in Brabant
Het oudste verdwenen dorp dat Bert Stulp terugvond, is het dorp Strijen, niet te verwarren met het gelijknamige dorp in de Hoeksche waard. In de 14de eeuw verging het dorp in West-Brabant, vlakbij wat nu de Biesbosch is, door een overstroming. "De bewoners zijn toen met zijn allen naar een nieuwe dijk gegaan, rondom de Groote Waard."
Maar daar bleek het ook niet veilig te zijn. Door een storm in de 15de eeuw liep een heel gebied onder. Een ramp die ook bekend staat als de Sint-Elisabethsvloed, die de Biesbosch vormde. "De Groote Waard werd omringd door dijken", vertelt Stulp. "Die braken aan twee kanten door. Dat kwam door slecht onderhoud." Volgens Stulp zijn er veel mythes rond deze overstroming. "Er wordt verteld dat er duizend mensen om het leven kwamen en dat 72 dorpen onder water verdwenen. Maar dat is niet waar, het ging om veel minder dorpen. En 100 tot 200 doden."
"Eigenlijk verhuisden dorpen, om ergens anders te worden opgebouwd."
De dorpen Weede, Houweninghen en Erkentrudekerke verdwenen in de overstroming. Hoewel Erkentrudekerke misschien net in Zuid-Holland ligt. "De grenzen zijn moeilijk aan te geven," zegt Stulp. Behalve deze drie dorpen ging ook het bedevaartsoord Niervaart tussen Klundert en Zevenbergen verloren door de gevolgen van de storm. Terwijl het dorpje net was opgebouwd na een grote brand een jaar eerder.
Volgens Stulp verdwenen in West-Brabant vooral dorpen na overstromingen. In Oost-Brabant was het een ander verhaal. Daar verdwenen dorpen juist door droogte. "Of eigenlijk verhuisden dorpen, ze werden dan op een andere plek weer opgebouwd", vertelt Stulp. "Het is de reden waarom je bij Eindhoven bijvoorbeeld wel eens kerktorens ziet, zonder er iets omheen. Voorbeelden zijn Oostelbeers, Nederwetten, Beek en Donk of Stiphout."
"Katholieken weken uit naar schuilkerken, waar nieuw dorp ontstond."
Oost-Brabantse dorpen gingen vooral in de late Middeleeuwen 'aan de wandel'. "Het klimaat veranderde," zegt Stulp. "De dorpen lagen op hogere gedeelten. Maar door droogte was de akkerbouw daar niet meer mogelijk en verhuisden de mensen toen richting de rivieren om vruchtbare grond te hebben." Sommige dorpen, zoals Nederwetten, lagen wat lager en verhuisden juist naar hogere gronden. Maar de verhuizing ging hoogstens over een afstand van enkele kilometers.
Ook godsdienst speelde een rol bij de verplaatsing van dorpen in Oost-Brabant, volgens Stulp. "De katholieken mochten tijdens de Reformatie geen kerken meer hebben. Ze weken uit naar schuilkerken op het platteland. En daar ontstond dan ook het nieuwe dorp."
"In brand gestoken en niet meer opgebouwd."
Stulp deed in heel Nederland onderzoek en vond zo'n 500 verdwenen dorpen. "De meeste dorpen verdwenen door oorlog. Ze werden in brand gestoken bijvoorbeeld en niet meer opgebouwd." Maar gek genoeg vond Stulp geen enkel Brabants dorp dat door oorlog verdween, terwijl rondom 's-Hertogenbosch de nodige veldslagen werden uitgevochten.
Enige uitzondering is het dorpje Nieuw Gastel in West-Brabant ten noorden van Roosendaal. "Je hebt daar nu Oud Gastel, maar er was ook een Nieuw Gastel", zegt Stulp. "Dat dorpje is in de 80-jarige oorlog in de 16de eeuw afgebrand."
Hier lees je alle verhalen over het verdwijnen van het dorp Moerdijk.
