Video

Demi werkt op de corona-afdeling: 'Ik kan patiënten niet beloven dat het goedkomt'

22 november 2020 om 13:17 • Aangepast 23 november 2020 om 10:56
nl
Als verpleegkundige op een corona-afdeling in het Catharina Ziekenhuis ziet Demi van Uden uit Eindhoven dagelijks de wanhopige strijd van coronapatiënten die vechten voor hun leven. Sommigen halen het, anderen niet.
Profielfoto van Janneke Bosch
Geschreven door

De tweede coronagolf overspoelt de Brabantse ziekenhuizen. Overal staan zorgmedewerkers in de frontlinie om de covid-patiënten zo goed mogelijk te helpen. Voor Omroep Brabant houden vijf van hen een videodagboek bij. Hier lees en zie je hun verhalen.

Nog voordat ze naar haar werk vertrekt, wordt de 24-jarige Demi al een beetje zenuwachtig: wat zal ze aantreffen straks op de cohort-afdeling? “Hoe is het met de patiënten die er nu liggen? Zijn ze nog op de afdeling, is er verbetering of niet?” Dat zijn de vragen die door haar hoofd gaan als ze naar haar werk fietst.

"Op de dag dat ze werd opgenomen, overleed haar man aan corona. Ze kon niet naar de begrafenis."

Demi’s werkdag begint om zeven uur in de ochtend. Ze heeft dan net een overdracht gehad van de nachtdienst en begint met controles en medicijnen uitdelen aan de patiënten op haar afdeling. Het is ook het eerste moment dat ze kan zien het hoe met de patiënten gaat.

Zo gaat ze langs bij een vrouw die al een paar dagen met corona in het ziekenhuis ligt. “Op de dag dat ze werd opgenomen, is haar man overleden aan corona”, herinnert Demi zich. “Ze kon dus niet bij de begrafenis van haar man zijn. Die moest ze via een iPad volgen.”

Het is een onvoorstelbaar leed dat schuilgaat achter de patiëntcijfers die er elke dag bekend worden gemaakt. “Het zijn verhalen die me enorm aangrijpen”, vertelt Demi. En die haar ook niet zomaar loslaten.

Niet alleen de patiënten maar ook de verpleegkundigen worden geraakt. “Als je verdrietig bent of als het gewoon even te veel wordt, dan kun je niet even een knuffel vragen aan een collega. Of even je vriend omhelzen om die steun te krijgen”, zegt Demi met tranen in haar stem. “Dat maakt het wel heel erg lastig.”

"Ik wil nog niet doodgaan. Ik wil zo graag terug naar mijn vrouw."

Maar in plaats daarvan moet ze door. Er zijn nog veel meer patiënten om voor te zorgen. Zoals de man die ze verzorgt. “Ik vroeg hem een keer of hij wel eens angstig was, zo op zijn kamer.” Zijn antwoord bezorgt haar kippenvel: “Hij pakte mijn hand en zei: ‘Ik wil nog niet doodgaan. Ik wil zo graag terug naar mijn vrouw’.” Ze kan hem niet geruststellen of beloven dat het goed komt. “Ik antwoordde dat we er voor hem zijn. En dat we er alles aan doen om te zorgen dat dat lukt.”

En jawel, het lukt: “Het mooie nieuws”, zegt Demi met een glimlach, “is dat hij nu thuis is en lekker bij zijn vrouw kan zijn.”

Hier zie je het verhaal van Demi en verhalen van haar collega’s:

LEES OOK DE ANDERE VERHALEN VAN BRABANT HOU VOL:

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.