Boeren moeten toekomstperspectief krijgen dankzij proefprojecten
De 'zandprovincies' Brabant, Gelderland, Limburg, Overijssel, Drenthe en Utrecht willen nog dit jaar starten met de proefprojecten. In deze provincies met veel hoge zandgronden spoelen schadelijke stoffen makkelijk uit de bodem. Er zijn veel rundvee-, pluimvee-, varkens- en geitenbedrijven, maar ook veel natuurgebieden.
Alle veehouderijen krijgen te maken met nieuwe regels voor uitstoot. Omdat niet alle bedrijven worden uitgekocht, moeten er manieren worden bedacht waarmee de overblijvende veehouderijen duurzamer kunnen werken.
Werken met sensoren
In de veehouderij zijn er volgens de provincies nu nog te weinig betaalbare en haalbare maatregelen om uitstoot van methaan en fijnstof en stank te verminderen. Daarom zijn de proefprojecten bedacht, samen met de sectoren.
Eén belangrijk experiment is het werken met sensoren. Die kunnen op elk bedrijf meten wat het effect is van uitstootbeperkende maatregelen.
Miljoenen euro's
Het is de bedoeling dat de proeven nog dit jaar starten. Zo kunnen de uitkomsten nog worden gebruikt voor het Landbouwakkoord. Minister Piet Adema van Landbouw heeft daar volgens de provincies al belangstelling voor getoond.
Om snel te kunnen starten is 8,5 miljoen euro nodig. Het hele project gaat 58 miljoen euro kosten. De zes provincies vragen 27 miljoen euro van het Rijk. De provincies en de sectoren betalen de rest.
LEES OOK: Nog eens 25 miljoen voor de Brabantse strijd tegen stikstof