Leven van strontgooier Arie overhoop na getuigenverklaring: 'Al afscheid genomen van mijn kinderen'

14 juni 2019 om 13:35 • Aangepast 30 maart 2021 om 15:00
nl
Je hoort schoten, kijkt uit je raam en ziet nog net een auto wegrijden. Het blijkt dat er iemand is doodgeschoten vlakbij je huis. Je vertelt de politie wat je weet en daarna staat je hele leven op z’n kop. Er worden aanslagen op je gepleegd, je komt in een getuigenbeschermingsprogramma terecht en kunt niet meer terug naar je woonplaats. Het overkwam Arie den Dekker uit Oss. “Ik wou dat ik nooit met de politie had gepraat.”
Profielfoto van Maaike CnossenProfielfoto van Madhavi Raaijmakers
Geschreven door
Maaike Cnossen & Madhavi Raaijmakers

De 53-jarige Ossenaar drinkt op 4 juni 2018 een biertje in zijn tuin. Hij hoort schoten. Hij loopt ernaartoe en hoort dat er iemand is doodgeschoten. Het slachtoffer blijkt Peter Netten te zijn, een bekende van de politie. Arie legt een getuigenverklaring af.

Aanslagen op huis
Dat een aantal mensen niet blij zijn dat hij met de politie heeft gepraat, blijkt op 13 september. Er wordt een brandbom bij zijn huis neergelegd. Veel effect heeft die niet, het huis loopt lichte schade op. Drie dagen later is het weer raak. Dit keer heeft hij minder geluk. Hij weet maar net te ontkomen en voelt de vlammen in zijn nek. Zijn honden komen om het leven bij de brand.

De politie en het Openbaar Ministerie vertellen de Ossenaar dat iemand het op hem gemunt heeft. De aanslagen op zijn leven hebben vermoedelijk te maken met de verklaring die hij heeft afgelegd in de moordzaak. Het is niet meer veilig voor hem in Oss en daarom wordt hem een getuigenbeschermingsprogramma aangeboden.

Arie wil er eerst niet aan meewerken. Hij woont al bijna zijn hele leven in Oss en is van plan daar ook te blijven. Maar omdat hij zijn huis al kwijt is na de brand en anders ook geen hulp krijgt, gaat hij toch maar akkoord. Hij komt op camping na camping terecht. Iedere keer weer een andere plek.

'Ik werd gek'
“Ik ben helemaal doorgedraaid daar”, vertelt hij. “Ze zetten je ergens af, je krijgt een sleutel en ze wensen je een prettige dag verder. Daarna moet je het maar uitzoeken. Je mag met niemand contact hebben. Ik kan niet lezen of schrijven en ik heb een hele familie- en kennissenkring in Oss. Dan is zo'n leven verschrikkelijk.”

Ook heeft hij zijn twijfels over hoe veilig hij op zo'n camping is. “Dan werd ik bijvoorbeeld naar een camping in Vught gebracht. “Hé, Arie”, hoorde ik dan. Liep daar gewoon iemand uit Den Bosch die mij kent! Dan zit je daar zogenaamd voor je eigen veiligheid.”

Arie komt uiteindelijk in Overloon terecht. Daar gaat het mis. Hij vertelt iemand dat hij in een getuigenbeschermingsprogramma zit. “Ik praat graag, dat merk je wel. Dus ja, ik vertelde het aan iemand.” Die dag krijgt hij meteen een telefoontje. "We stoppen met de beveiliging", zei de politie. "Je hebt de regels overtreden.”

De politie haalt hem op en vraagt waar hij naartoe wil. “Doe dan maar Oss”, zegt hij. Omdat hij geen huis meer heeft, laat hij zich bij het gemeentehuis afzetten. Daar kunnen ze niks voor hem doen. De Ossenaar kreeg in januari zelfs een gebiedsverbod opgelegd. Hij mag niet meer in Oss komen omdat dat te gevaarlijk zou zijn voor hem en zijn omgeving.

Zwervend bestaan
Dan begint hij te zwerven op straat. Hij verblijft her en der. Bij zijn kinderen en kleinkinderen durft hij niet te blijven slapen. “Je weet toch niet waar die aanslagplegers toe in staat zijn.” Na een tijdje krijgt hij een huis aangeboden in Enschede.

Hij ziet dat niet zitten, maar wil het eventueel toch proberen. “Maar nu zegt de gemeente dat het niet meer doorgaat omdat ik niet akkoord ga met de voorwaarden. Ik moest meewerken aan een psychologisch onderzoek. Maar ik ben toch niet gek?! Ook mocht ik mijn honden niet meenemen, of maar een paar. Zij zijn mijn ziel en zaligheid!”

Arie voelt zich in de steek gelaten. “Ik word als stront behandeld.” Om die mening kracht bij te zetten, gooit hij eind januari en deze week koeienstront over zichzelf heen bij het gemeentehuis. De politie spuit het de eerste keer schoon buiten. Bij de tweede keer loopt hij onder de stront de hal van het gemeentehuis binnen.

De Ossenaar is wanhopig. “Ik heb toch niets in brand gestoken en niemand doodgeschoten?”, zegt hij. “Ik ben een slachtoffer, geen dader.” Hij heeft spijt dat hij verklaringen heeft afgelegd bij de politie. "Ik raad iedereen aan: ogen dicht en nooit iets verklaren", zegt hij. "Ik heb al afscheid genomen van mijn kinderen."

Aanslagplegers
De mensen die achter de aanslagen op Arie zitten, zijn geen frisse jongens. Ze zijn opgepakt, maar werkten waarschijnlijk in opdracht. Ze staan terecht voor meerdere brandstichtingen, ontploffingen en het gooien van een explosief naar een café in Oss.

De gemeente Oss en het Openbaar Ministerie willen niet op de kwestie reageren. Ze doen beide ‘nooit uitspraken over individuele gevallen’. Wel laat het OM weten dat de kans op een aanslag nog altijd reëel is.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.