Vriendin wil borg betalen, maar verdachte van brandstichting blijft vast
De Nijmegenaar werd in november aangehouden. Hij wordt beschuldigd van brandstichting bij het huis aan de Rivierduin in Cuijk. Dat zou hij met een andere man hebben gedaan. Enkele weken later, op 3 juni, zouden ze met een auto en een brandend voorwerp ook een e-bikeshop in Nijmegen in brand hebben gestoken. De andere verdachte komt ook uit Nijmegen, is 33 en werd een maand geleden opgepakt. Dat gebeurde direct nadat hij een celstraf had uitgezeten voor een andere zaak.
Achtergronden onduidelijk
Tijdens de zitting van dinsdag werd niets gezegd over de achtergronden van de twee brandstichtingen. Evenmin werd een verband gelegd met eerdere gebeurtenissen in Cuijk en Nijmegen. De branden en zelfs schietpartijen die zich toen voordeden, zouden zijn gericht tegen eigenaren van winkels met elektrische fietsen in deze twee plaatsen.
De verdachte uit Nijmegen stelde in een verklaring dat hij onterecht vastzit voor twee branden: "Ik heb er niets mee te maken en ik ben bang voor de gevolgen als ik niet vrijkom." Volgens zijn advocaat, Michiel Lamers, loopt hij dan het risico zijn baan en zijn huis kwijt te raken. Ook wees hij op het feit dat zijn cliënt zich naar behoren laat begeleiden.
De raadsman stelde voor dat hij, bij opheffing van het voorarrest, zich elke dag bij de politie zou melden of dat hij 'desnoods' een enkelband kon dragen. Lamers is niet bang voor herhaling van wat de verdachte ten laste is gelegd en hij zet vraagtekens bij het bewijsmateriaal. De advocaat kraakte vooral het dna-onderzoek. Hij zei verder dat zijn verdachte zeker niet betrokken is geweest bij de andere aanslagen: hiervoor heeft hij een sluitend alibi.
Justitie bang voor herhaling
De officier van justitie vindt dat op basis van dna-onderzoek, camerabeelden en telefoonverkeer juist voldoende is aangetoond dat de verdachte terecht vastzit. Ook is ze bang voor herhaling. Ze stelt verder dat door de brandstichting de rechtsorde is geschokt en dat hiervoor twaalf jaar cel kan worden opgelegd. Volgens haar was het verkeerde huis in brand gestoken en had het voor de bewoners veel erger kunnen aflopen. Tegenover hen zouden eigenaars van een e-bikeshop wonen. De rechtbank sloot zich aan bij de visie van justitie: het algemeen belang weegt zwaarder dan het belang en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
Eén troost voor zijn vriendin: ze kon hem horen en (even) zien tijdens de rechtszaak. De Nijmegenaar volgde de zitting via een videoverbinding. Ook zijn vader en een broer woonden de zitting bij. Ze waren oprecht blij dat ze van de rechter toestemming kregen om vlakbij het videoscherm blikken uit te wisselen met hun familielid. Voorlopig moeten ze het hiermee doen.
Bij de eerstvolgende behandeling zal naar verwachting ook de andere verdachte in het beklaagdenbankje verschijnen.
LEES OOK: Man (31) opgepakt voor brandstichtingen tegen eigenaren e-bikeshop in Cuijk