Gooit Den Haag Moerdijk voor de bus? Ministerie heeft 'geen commentaar'

Vandaag om 19:00

Voor de inwoners van Moerdijk was het de zoveelste verrassing: zowel de provincie Noord-Brabant als het Rijk stellen de beslissing om het dorp wel of niet op te heffen, uit. Is er dan geen enkele afstemming geweest toen het college op 11 november deze grote stap aankondigde in een speciale bijeenkomst voor bewoners? Dat lijkt logisch, maar niet alle partijen zijn tegenover Omroep Brabant transparant over de gang van zaken.

Profielfoto van Wim Heesterbeek
Geschreven door

Maandag meldde minister Hermans in een persmoment op het gemeentehuis van Moerdijk pas in juni een beslissing over de toekomst van het dorp te kunnen nemen. Eerder pleitte ook gedeputeerde Dirken voor uitstel van enkele maanden. Dit tegen de uitdrukkelijke wens en verwachting van het college van Moerdijk in, dat op 11 november aangaf graag snel duidelijkheid te willen.

Op de hoogte
Je zou verwachten dat er over zo’n groot besluit afstemming is geweest tussen de drie betrokken partijen. Want waarom zou de gemeente een beslissing als het opheffen van een dorp aankondigen, als nog niet zeker is of Rijk en provincie hen wel steunen?

Dat er overleg is geweest, is duidelijk. De provincie liet na vragen van Omroep Brabant weten dat ze op de hoogte waren van de mededeling die het college op die dinsdagavond deed: “De provincie wist in grote lijn van het voorgenomen standpunt van het college van Moerdijk”, aldus een woordvoerder. Ook de betrokken ministeries melden dat ze ‘wisten dat de gemeente zich uit zou spreken’.

‘Zijn nog niet zover’
De vraag die dan overblijft, is: waren ze het met dit besluit eens? Want zonder de zekerheid dat de andere partners meegaan in de wens het dorp op te heffen, zou het college zich misschien ook wat terughoudender opstellen tegenover de meer dan 1100 inwoners van Moerdijk.

De provincie is duidelijk in haar antwoord op die vraag: nee, ze wilden deze conclusie nog niet trekken. Een woordvoerder: “De provincie heeft aangegeven dat het nog niet zover was om een ontwikkelrichting te kiezen.” De betrokken ministeries willen niet ingaan op de vraag of ze het voornemen van het college steunden. “Hier houden we het even bij op dit moment”, is de reactie.

‘Zou dom zijn’
Het lijkt bestuurskundige John Bijl onwaarschijnlijk dat het college zo’n besluit zelfstandig neemt. “Ik kan me niet voorstellen dat het college dit voorstelde zonder de voorkennis dat de rest mee zou gaan. Dat zou dom zijn.”

Kan het zijn dat het college het Rijk en de provincie voor het blok wilde zetten door alvast de knoop door te hakken? “Dat lijkt me ook niet waarschijnlijk”, aldus Bijl.

Nog een optie: kan het zo zijn dat het Rijk voor de plannen was, maar zich bedacht heeft? Bijl noemt die optie ‘heel onbehoorlijk’: “Dan is nu de gemeente ineens de gebeten hond.”

De meermaals herhaalde opmerking van de minister dat ze het besluit van het college zo moedig vindt, komt dan ook in een ander daglicht te staan: “Moedig dat u de hete kolen voor ons uit het vuur haalt, ja. Zonder handschoenen.”

‘Voor de bus gegooid’
Erik van der Linden, fractievoorzitter van de VVD in Moerdijk, is ontstemd over de gang van zaken. “Inwoners zijn door de provincie in hun hemd gezet”, zegt hij. “De afspraak was: op 1 december komt er een besluit over de zoekrichting. Dat de provincie dit uitstelt, is incorrect. Het hele proces was gericht op een besluit op 1 december.”

Over het ministerie is Van der Linden zo mogelijk nog harder. “Ik snap werkelijk niet, anders dan een politieke reden om het volgend kabinet de schuld te geven, waarom ze de gemaakte afspraak niet nakomen." 

De gevolgen van het uitstel zijn volgens hem groot. “De gemeente wordt nu een beetje voor de bus gegooid en de inwoners en ondernemers zijn de dupe.”

De gemeente Moerdijk is om een reactie gevraagd, maar heeft nog niet op vragen van Omroep Brabant gereageerd.

Hier lees je alle verhalen over het verdwijnen van het dorp Moerdijk.  

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.