Dag 6 Stint-zaak: 'Het is geen beschrijving wie we werkelijk zijn'
Het was de zesde zittingsdag van de Stint-zaak in de rechtbank in Den Bosch. Het was ook de laatste dag na een lang en vermoeiend proces voor alle partijen. Het Openbaar Ministerie eiste maandag 5 jaar en 4 maanden celstraf tegen de twee directeuren. De verdediging wil dat de mannen worden vrijgesproken. Vandaag reageerden het OM en de advocaten op elkaars standpunten. Dat kon je volgen in dit liveblog.
Liveblog
Na zes dagen is de rechtszaak klaar
De voorzitter van de rechtbank neemt als allerlaatste het woord. Nu alles is besproken is het aan de rechtbank uitspraak te doen. “Het is een belangrijke en complexe zaak. We moeten veel overdenken en daar nemen we meer tijd voor dan gebruikelijk.”
De uitspraak is 13 februari 2026 om 13:00 uur.
Hiermee sluit dit liveblog.
Nabestaanden gaan zaal uit bij het laatste woord van directeuren
Het laatste woord in de zaak is voor de twee directeuren Renzen en Noorlander. De nabestaanden willen deze laatste woorden niet horen en gaan de zaal uit.
Edwin Renzen leest ook namens Peter Noorlander een verklaring voor.
"Geachte voorzitter, geachte leden van de rechtbank, geachte officieren van justitie en geachte aanwezigen.
Namens ons en ook het bedrijf en de bestuurders van Stintum geven we graag het volgende mee:
Allereerst hopen we dat gisteren inzicht is gegeven in onze houding richting de nabestaanden.
We hebben de afgelopen dagen goed geluisterd. We hebben gehoord hoe de gevolgen sinds het ongeluk zijn beleefd en wat dat met mensen heeft gedaan. Zoals aangegeven leven wij daarin mee.
Tegelijkertijd is in deze procedure duidelijk geworden dat de verdenking een juridisch construct is en geen beschrijving van wie wij werkelijk zijn en hoe wij hebben gehandeld. Dit beeld is dan ook volstrekt ten onrechte gecreëerd vanuit verkeerde aannames.
In de pleitnota is gezegd wat wij zelf wilden zeggen. Voor ons was het erg belangrijk dat dit na zo’n lange periode eindelijk duidelijk is uitgesproken en ook is gehoord.”
Geert-Jan Knoops sluit zijn betoog af
“Dat wij en de verdachten de afgelopen dagen misleiding op misleiding op misleiding hebben voorgehouden gekregen, heeft ons geraakt. Ook wij hebben natuurlijk onze emoties. Maar als je het hebt over misleiding op misleiding op misleiding, dan hebben we hier de afgelopen zes dagen geprobeerd de oorzaak van het ongeluk te achterhalen. En is ons dat gelukt? Of hebben we moeten vaststellen dat we alleen kunnen hopen dat deze opeenstapeling van aannames niet mag resulteren in de veroordeling van twee mensen tot 5,5 jaar cel.
Als het OM zegt: dit is de enige oorzaak die we kunnen vinden, de storing in de motorcontroller, dan zegt dat veel. Dat betekent dat justitie alleen maar heeft gezocht naar een oorzaak en daarbij bij de directeuren is uitgekomen. Dan moeten zij het gedaan hebben, en dat lijkt ons een gevaarlijke conclusie.
Wat voor mij het meest tekenend is geweest: het OM zei ‘een technisch defect is uitgesloten’. Dat is niet juist. Het is niet aangetoond, dat is wel juist. Het kan er wel degelijk zijn geweest. Neem die zin mee, want die zegt alles: het kan, het is mogelijk geweest. Als je dat niet boven redelijke twijfel kunt vaststellen, kun je daar geen mensen 5,5 jaar voor opsluiten, hoe pijnlijk die uitkomst ook zou zijn.”
Het ongeluk komt weer ter sprake
Geert-Jan Knoops komt nog eens terug op het ongeluk en op de vraag of de directeuren en de bedrijven daarvoor schuldig zijn. “De Stint heeft nergens op gereageerd, dat is nog steeds een aanname. Geen enkel scenario kan boven redelijke twijfel worden aangenomen.”
Volgens Knoops kan er forensisch-technisch niets worden gezegd over dat cruciale moment en moet dát doorslaggevend zijn, en niet wat getuigen daarover verklaren. Getuigenverklaringen noemt hij een gevaarlijk bewijsmiddel. “Als je het forensisch-technisch niet kunt vaststellen, en er bovendien vraagtekens zijn bij de waarnemingen, dan kun je daar niet op leunen.”
Waar het volgens hem om draait, is dat voordat dit ernstige incident aan de directeuren kan worden toegerekend, het forensisch-technisch volledig duidelijk moet zijn. “Alleen steunen op getuigen is gevaarlijk”, aldus Knoops.
'Nooit contracten opgezegd omdat de Stint niet deugde'
Geert-Jan Knoops gaat in op de bewering dat de Stint toen die werd aangepast in 2014 opnieuw gekeurd had moeten worden. "Als de vernieuwde versie van de Stint in 2014 zou zijn aangeboden bij de RDW, dan zou die nog steeds vallen onder de regeling bijzondere bromfietsen. Het OM gaat selectief om met de manier waarop de overheid met de toelating omging”, zegt Knoops.
Het OM baseert zich op concrete ervaringen van gebruikers die zouden aantonen dat het om een schadelijk product gaat.
“Er is in het dossier geen bewijs dat er op enig moment door een BSO of school een contract is opgezegd wegens wanprestatie. Als er miljoenen ritten zijn geweest zonder schade, is het vreemd om te stellen dat deze mensen zich schuldig hebben gemaakt aan misleiding op misleiding op misleiding. Er zit geen enkele brief in het dossier van een organisatie die zegt te zijn bedrogen door Renzen en Noorlander. Er is geen enkel contract opgezegd.”
Ook gaat hij in of de directeuren en de bedrijven vervolgt kunnen worden op basis van artikel 174. “Je moet alles in onderling verband en samenhang zien”, zo beschrijft Knoops het standpunt van het OM.
“Het kan niet zo zijn in het strafrecht, dat een aanwijzing en nog een aanwijzing en nog een aanwijzing samen al bewijs vormen dat er gevaar is. Dat maakt nog niet dat er sprake is van wettig en overtuigend bewijs.”
“Er is een stapeling van gebreken: die voegen we samen in één grote ton en daar komt dan het bewijs uit. Zo werkt het strafrecht niet.”
Problemen met accu's
Dan gaat Eve Dekker in op de problemen met de accu's. Er zijn meldingen binnengekomen over de accu’s. "Die problemen kwamen niet door het ontwerp, maar door verkeerd gebruik of fouten in de accu zelf. Het OM maakt niet aannemelijk dat het om bovengemiddeld veel meldingen ging", zegt ze.
“De directeuren hebben altijd adequaat gereageerd op de problemen met de accu. Je kunt ze dus niet verwijten dat het aan het ontwerp van de Stint lag.”
"De directeuren hebben altijd hun best gedaan om te voldoen aan de regels die er waren", voegt Dekker nog toe.
'Hypothetische scenario’s maken het voertuig niet daadwerkelijk schadelijk'
Advocaat Eva Dekker neemt het woord over. Het OM schetst scenario’s waarin de directeuren hadden moeten weten dat er dingen mis waren, en dat zij daar niets over hebben verteld aan hun klanten.
“Hypothetische scenario’s maken het voertuig niet daadwerkelijk schadelijk”, zegt Eva Dekker. Veel van de technische mankementen waar het OM het over heeft, en wat er dan met de Stint zou kunnen gebeuren, noemt de verdediging hypothetisch. “Het zijn zaken die niet zijn voorgekomen”, zegt Dekker. “Dus hoe hadden verdachten daar rekening mee moeten houden of hun klanten moeten informeren?”
Valsheid in geschrifte
Als eerste is advocaat Maarten 't Sas aan het woord. Hij gaat in op de verdenking van valsheid in geschrifte. Hij zegt dat het OM geen bewijs aandraagt dat er opzet was om documenten te vervalsen. “Dat is veelzeggend”, zegt de advocaat. “Ook vandaag komt het OM niet met dat bewijs. De opzet ontbrak bij de twee directeuren om te misleiden.”
We gaan weer verder
De advocaten van Renzen en Noorlander beginnen zo meteen aan de dupliek. Dat is de reactie op het repliek van het Openbaar Ministerie. Daar is het nu op wachten, want de advocaten en verdachten zijn nog niet in de rechtszaal.
Nog terugkomend op het aantal journalisten. Er blijken toch twee journalisten vandaag aanwezig te zijn.
Een ander opvallende zaak is het feit dat ook alle kussentjes om toch wat comfortabeler op de banken van de rechtbank te zitten er weer zijn. Deze rechtszaak vraagt heel wat van het zitvlees.
Als de advocaten staan als ze aan het woord zijn, zijn ze soms wat moeilijk te verstaan. Met dank aan een wetboek kan de microfoon wat hoger.
De verwachting is dat het dupliek van de advocaten 45 minuten gaat duren.
Lange pauze
Het repliek van het het Openbaar Ministerie is klaar. Volgens hen is er wel degelijk een causaal verband tussen de technische gebreken van de Stint en het ongeluk. En was het geen menselijke fout.
De verdediging vraagt aan de rechtbank om een lange pauze. Ze willen graag hun reactie goed voorbereiden. Geert-Jan Knoops: "Ik heb een lawine aan aantekeningen."
Er komt een pauze van anderhalf uur. Het zou niet gek zijn als de reactie van de advocaten een lang verhaal gaat worden.
Het ongeluk en de raporten
Het ongeluk wordt besproken. Dat roept, zoals elke keer wanneer dit onderwerp aan de orde komt, veel emoties op bij de nabestaanden.
Het rapport van Baan Hofman wordt erbij gehaald. Volgens de verdediging heeft deze deskundige alleen naar het laatste moment gekeken en daar conclusies aan verbonden. “Dat is het allerlaatste moment waarop het feitelijk al misging. De Stint reageerde al nergens meer op. Baan Hofman trekt onjuiste conclusies”, zegt Van Hees.
“Het moment vóór het rijden door de slagboom is belangrijk. Dan zijn de getuigenverklaringen van belang. Uit die verklaringen valt af te leiden dat de bestuurster keurig op tijd begon met afremmen. Dat werkte niet. En zij heeft wel degelijk de knijprem gebruikt.”
Stint informeerde klanten niet
Officier van Justitie Patrick van Hees neemt het woord over. Hij noemt verschillende voorbeelden van fabrikanten die direct hebben gehandeld toen er problemen met hun producten werden geconstateerd. “Fietsfabrikant Trek ontdekte problemen met de remmen. Zij namen dat serieus en stuurden daarover berichten naar hun klanten,” zegt Van Hees. Ook bakfietsfabrikant Babboe wordt genoemd. Dat is volgens het OM wat de makers van de Stint niet hebben gedaan.
Deskundigen
Er worden veel punten uit het pleidooi besproken waarvan het Openbaar Ministerie zegt dat de verdediging ernaast zit. Deskundigen die door de verdediging zijn gebruikt, zijn volgens het OM niet betrouwbaar en hebben hun werk niet goed gedaan. Ook stelt het OM dat een deskundige te veel zou zijn gestuurd door de verdediging, terwijl die onafhankelijk moet oordelen. Ook is vind het OM dat de kennis van die deskundige niet goed is.
Misleiding op misleiding
Er wordt nu ingegaan op het gesjoemel met het TÜV rapport. Die werd in een eerde zaak voor de bestuursrechter gebruikt om aan te tonen dat het onderzoek van TNO naar de remvertraging niet klopt. Maar OM zegt dat met dit rapport gesjoemeld is.
De officier van justitie zegt hierover: “Het TÜV-rapport wordt hier gebruikt om een TNO-rapport tegen te spreken. Er werd geprobeerd de rechtbank op het verkeerde been te zetten, en dat is ook gelukt. Net zoals uw rechtbank nu op het verkeerde been wordt gezet. Het is misleiding op misleiding op misleiding, en dat gaat in deze zaak door. De verdachten zijn notoir onbetrouwbaar gebleken.”
Remvertraging
Er kan niets worden afgedaan aan de wettelijke normen. Er valt niet te discussiëren over de vereiste remvertraging; daaraan moet altijd worden voldaan, stelt het Openbaar Ministerie. “Dat zien de verdachten en de verdediging niet in. Het is niet aan verdachten om daar een eigen interpretatie aan te geven. Je moet er simpelweg altijd aan voldoen. Diverse onderzoeken tonen aan dat de Stint nooit aan de regels voor remvertraging heeft voldaan.”
Tempo van repliek ligt hoog
Het tempo van het repliek ligt hoog. De Officier van Justitie gaat snel en kort langs allerlei verwijten van de verdediging. De Stint was wel degelijk een machine onder de Machinerichtlijn.
"Het standpunt van de verdediging is dat kinderen niet in een machine mogen worden vervoerd. Het spraakgebruik van het woord machine is daarbij niet relevant. De Machinerichtlijn zegt wel degelijk iets over het vervoer van personen. Kinderen en leidsters mogen worden vervoerd in producten die onder de Machinerichtlijn vallen."
Dat de verzekeraar weinig claims had, zegt niet alles, stelt het OM. Veel werd door de producent van de Stint zelf opgelost. Niet alles kwam bij de verzekeraar terecht. “We moeten kijken naar de wetenschap bij de verdachten, en niet bij de verzekeraar.”
OM is niet gestuurd
"Wij herkennen ons er niet in dat wij door het ministerie zijn aangestuurd en dat wij koste wat het kost een schuldige moeten aanwijzen. Ook hebben wij op geen enkele manier het NFI aangestuurd", zegt Kramer. Ze zegt dit als reactie dat dit een politiek proces zou zijn.
Medeleven tonen
Officier van Justitie Janine Kramer begint met het repliek. Ze komt als eerste terug op de kritiek dat Renzen en Noorlander geen condoleance of afschuw zouden hebben uitgesproken. "Condoleance of afschuw uitspreken doe je meteen. Dat is iets anders dan contact opnemen", zegt ze.
De politie zei dat de nabestaanden geen behoefte hadden aan contact, en dat klopt volgens de nabestaanden. Omdat de condoleance uitbleef maar Renzen wel in de media sprak, zou het ongepast zijn geweest als de directeuren bij de herdenking van de Stint aanwezig waren.
Dat de naam van een van de nabestaanden verkeerd was gespeld in een brief van de directeuren uit 2024, werd door de advocaten afgedaan als een detail.
“De foutieve naam doet er wel degelijk toe. Het zegt alles over hoe zorgvuldig zij met de nabestaanden omgaan,” zegt de Officier van Justitie.
Rustiger in de zaal
Op deze laatste dag is het rustige in de zaal. Vooral de persbank is erg leeg. Daar zit alleen een journalist van Omroep Brabant. Dat is een groot contrast met de andere dagen. Op de eerste dag was het best druk met journalisten. Tijdens de slachtofferverklaringen was het heel erg druk. Net als bij het requisitoir. Bij het pleidooi waren er nog maar vijf journalisten over. Nu op de laatste dag nog maar eentje.
Wat gebeurde er eerder
Wil je nog eens teruglezen hoe het Openbaar Ministerie en de verdediging kijken naar het ongeluk van de Stint en of de twee directeuren en hun bedrijven verantwoordelijk zijn? Dan vind je hier het verhaal van het OM en hier het verhaal van de advocaten.
